Electric Power Generation
4.5 - Elektrische storingen
Storing
Sluit tussen F1 en F2
een nieuwe batterij van
Afwezigheid van
4 tot 12 volt aan door
nullastspanning
gedurende 2 tot 3
bij het opstarten
seconden de
polariteiten te
respecteren
Controleer de
Spanning te laag
aandrijvingssnelheid
Regeling van de
Spanning te
potentiometerspanning
hoog.
van de regelaar
Regeling van de
Spannings-
potentiometerstabiliteit
schommelingen
van de regelaar
Goede spanning
In nullast zetten en de
bij nullast en te
spanning tussen F1 en
laag wanneer
F2 controleren op de
onder
regelaar
spanning
(*)
Controleer de regelaar,
Verdwijnen van
de spannings-
de spanning
afhankelijke weerstand,
tijdens de
de draaiende diodes en
werking
vervang het defecte
element
(*) Controleer bij eenfasig gebruik of de detectiekabels vanuit de regelaar goed aangesloten zijn op de klemmen.
Installatie en onderhoud
TAL 040
Laagspannings Alternator - 4 polen
Actie
De alternator komt op gang en
de spanning blijft normaal na
het verwijderen van de batterij
De alternator komt op gang
maar de spanning ervan klimt
niet tot de nominale waarde na
verwijdering van de batterij
De alternator komt op gang
maar de spanning verdwijnt na
het verwijderen van de batterij
Goede snelheid
Snelheid te traag
Regelaar inactief
Spanning tussen F1 en F2
SHUNT < 6V - AREP+ < 10V - Controleer de snelheid
Spanning tussen F1 en F2
SHUNT > 10V - AREP+ > 15V
De spanning keert niet terug
naar de nominale waarde
Maatregelen
- Gebrek aan nawerking
- Controleer de aansluiting van de
- Defecte diodes
- Kortsluiting van de rotor
- Defect van de regelaar
- Onderbroken inductoren (wikkeling
- Rotor onderbroken (controleer de
Controleer de aansluiting van de
regelaar (eventueel defecte regelaar)
- Kortgesloten inductoren
- Doorgeslagen draaiende diodes
- Kortgesloten rotor (controleer de
Verhoog de aandrijvingssnelheid
(De potentiële spanning van de
regelaar niet aanraken voordat u de
correcte snelheid gevonden hebt)
- Regelaarstoring
- Controleer de snelheid: mogelijk
- Verkeerd geblokkeerde klemmen
- Defect van de regelaar
- Snelheid te laag wanneer onder
- Defecte draaiende diodes
- Kortsluiting in de rotor (controleer de
- Opwekrotor defect (controleer de
- Statoropwekker onderbroken
- Opwekkerrotor defect
- Kapotte regelaar
- Rotor onderbroken of kortgesloten
5222 nl -
2022.12 / u
Controle/Oorsprong
referentiespanning op de regelaar
controleren)
weerstand)
weerstand)
cyclische onregelmatigheden
spanning
weerstand)
weerstand)
17