CAT.II: Primaire elektrische circuits van apparatuur verbonden met een elektrisch AC stopcontact via een voedingskabel.
CAT. III: Primaire elektrische circuits van apparatuur die rechtstreeks verbonden is met het verdeelbord, en voedingslijnen van het verdeelbord
naar het stopcontact.
CAT. IV: Het circuit van de stroomleveranciersvoorziening tot aan de stroomingang en naar de kWu-teller en de hoofdzekering (verdeelbord).
Binnenkomende geleider
Interne bekabeling
Transformator
Stopcontact
2. KENMERKEN
Sensor voor AC spanningsmeting tot 600V AC.
Conform de volgende veiligheidsnormen:
IEC 61010 - 1 meetcategorie (CAT.) III 600V
IEC 61010 - 031 (voor testprobe-ensembles)
Met de verschilversterker kan men de variërende spanning meten.
3. BESTANDDELEN
Krokodillenklem
Bescherming
Kabel
Hoofdtoestel
Uitgangsconnector
Meetsnoer
4. Toewijzing van de DIN-plugpinnen
1: DC voedingspin / Positief (+3 tot +5V)
2: DC voedingspin / Negatief (-3 tot -5V)
3: Aardingspin
5: Pin voor uitgangssignaal
6: Pin voor sensorsignaal (Weerstand tussen 3Pin en 6Pin: 3.3kOhm)
4: Niet van toepassing
Bovenstaande figuur geeft de toewijzing van de pinnen weer waarbij men de spanningssensor bekijkt vanaf het gedeelte van de
uitgangsklem. De afbeelding met de toewijzing van de pinnen van de verbindingsklem is symmetrisch met bovenstaande figuur.
5. MEETPROCEDURE
De sensor werkt op een spanning die door de uitgangsconnector geleverd wordt. Er moet een nominale spanning aangelegd worden op
de positieve/negatieve DC voedingspin om een correcte uitlezing te bekomen.
1.
Verbind de uitgangsconnector van de sensor met de ingangsklem van het meettoestel.
2.
Verbind de V en COM meetsnoeren met de te testen geleider.
3.
Lees de waarde af op het meettoestel.
Voorbeeld van aansluiting
1 fase, 2 draden