Voer de WEP- of WPA-code in om verbinding te maken met wifi.
Als u per ongeluk op een knop drukt, drukt u op ► om naar een verkeerd ingevoerd teken te gaan
en op ◄ om dit te corrigeren.
13.3.2. Draadloos netwerk (WPS)
Als u een router met WPS/QSS-knop gebruikt, kunt u de netwerkverbinding eenvoudig instellen via
de WPS-functie. Selecteer de WPS-functie en druk binnen 120 seconden op de WPS/QSS-knop op
uw router. De verbinding tussen de router en de DR470N/DR471 wordt dan automatisch
geconfigureerd.
13.3.3. Handmatig instellen
U kunt DHCP kiezen (zodat het IP-adres automatisch wordt toegewezen) of handmatig een IP-
adres invoeren voor een draadloze netwerkverbinding.
Wanneer u een bekabelde verbinding handmatig instelt, moet u de volgende informatie invoeren:
1.
SSID (de naam van het toegangspunt)
2.
IP-adres
3.
Subnetmasker
4.
Standaard gateway
5.
DNS-server van uw voorkeur
6.
Alternatieve DNS-server
U kunt een specifiek netwerk kiezen (Beheren) als u binnen een gebied meer dan één
netwerkverbinding hebt ingesteld.
13.3.4. Netwerk controleren bij inschakelen
'Wifinetwerk in-/uitschakelen':
Wanneer u het wifinetwerk inschakelt, zoekt het systeem automatisch het beschikbare
toegangspunt. Selecteer uw toegangspunt.
Voer de WEP- of WPA-code in om verbinding te maken met wifi.
Als de draadloze netwerkverbinding niet bestaat of mislukt is, staat er een kruisje op het pictogram
in de linkerbovenhoek.
Nederlands
41