MONTEREN EN WATER VULLEN
1. WIELEN MONTEREN: Zet het apparaat op een vlakke ondergrond en monteer de wielen met de bijvoegde
sleutel.
2. WATER BIJVULLEN: schuif de watertank 1/3 uit en vul dan zuiver water toe (Afb. 1).
OPGELET:
a. Let op het niveau van het waterreservoir wanneer u water toevoegt (Afb. 2).
b. Het niveau van de watertank mag nooit hoger zijn dan "MAX", bij het gebruik van het toestel
mag het totale niveau van de watertank niet lager zijn dan "MIN".
c. Plaats ijs of een bevroren koelelement in het waterreservoir als u de koeling efficiënter wilt maken.
Het totale niveau van de watertank mag niet hoger zijn dan "MAX".
WERKING
• ON/OFF aan de achterkant: Druk aan de achterzijde op de aan/uit knop zodat het apparaat
stroomtoevoer krijgt.
• POWER op het bedieningspaneel: Druk op deze toets power en het apparaat schakelt aan, druk nogmaals
op de toest en het apparaat schakelt uit.
• SNELHEID: druk op deze toets, het apparaat start. De overeenkomstige functie verandert als volgt
wanneer u de toets achtereenvolgens indrukt: laag - gemiddeld - hoog - laag.
• COOL: druk op deze toets om het koelsysteem te starten. Deze functie wordt geannuleerd als u
nogmaals drukt.
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat er voldoende water in het waterreservoir zit voordat u op deze toets drukt.
• TIME: Druk op deze toets, de timer kan ingesteld worden van 0,5 uur tot 7,5 uur met stappen
van een 0,5 uur. Het toestel wordt uitgeschakeld als de timer is afgelopen.
• SWING: Druk op deze toets om de windrichting te veranderen. Het zwaaisymbool verschijnt op
het scherm wanneer de functie is geactiveerd. Druk nogmaals op de knop om de oscillatie te stoppen.
De verticale richting van de luchtstroom kan handmatig worden aangepast door de uitblaaslamellen
omhoog en omlaag te richten.
• Windtype: druk op deze toets, u kunt de wind normaal, natuurlijke wind en slaap wind circulair kiezen.
Wanneer het toestel op normale wind staat heeft het geen bijbehorend indicatielampje, maar de anderen
standen wel.
Afb. 1
Afb. 2
3.