GEBRUIKSAANWIJZING:
1. Verwijder altijd de waterkoker van de stroombasis voordat u gaat vullen.
2. Maak deksel open.
3. Vul de waterkoker tussen de markeringen MIN en MAX op de waterpeilindicator met koud
water.
4. Maak de deksel dicht en plaats de waterkoker terug op de basis. Zorg ervoor dat de deksel
goed op de waterkoker zit voordat u gaat koken.
5. Plaats de waterkoker op de stroombasis.
6. Steek de stekker van de waterkoker in het stopcontact en zet hem aan op het lichtnet.
7. Om te beginnen met koken drukt u de AAN/UIT schakelaar omlaag.
8. De stroomindicator gaat branden en de waterkoker begint te koken.
1. MAAK DE DEKSEL NOOIT OPEN TIJDENS HET KOKEN.
9. Als het water gekookt heeft, schakelt de waterkoker automatisch uit en het controlelampje
gaat uit.
10. U kunt het kookproces op elk moment stoppen door de schakelaar in de OFF-stand te
drukken.
11. Nadat de waterkoker automatisch is uitgeschakeld, kan er een korte vertraging optreden
voordat er opnieuw gekookt kan worden. Dit is meestal niet meer dan 20 seconden.
12. De veiligheidsuitschakeling treedt in werking als u per ongeluk een lege waterkoker
inschakelt of de waterkoker laat droog koken. Wacht 15 minuten voordat u de waterkoker
opnieuw met koud water vult en begint te koken.
BEDIENINGSPANEEL (Afbeelding B.):
1. Aan/Uit knop: om te starten/stoppen
2. Warmhoudknop: om het warmhouden te starten/stoppen
3. 40°C, 70°C, 90°C, 100°C temperatuurtoets: om de temperatuur te bepalen.
BEDIENING:
Zoemer
1. Wanneer de stroom wordt ingeschakeld of de temperatuur geselecteerd, gaat de zoemer
twee keer over.
2. Wanneer u op een andere knop drukt of de ketel van de voet haalt gaat de zoemer één keer
over.