3 3
SAMENVATTING VAN DE WAARNEMINGSPROCEDURE
3-1 Voorbereiding
1. Controleer de verbinding van elk onderdeel, met name de waarnemingstubus, en zet ze vast. ...................................................(pagina 20 )
2. Zorg ervoor dat de hoek tussen het microscoopframe en de voet
kleiner is dan de hoek die aangehouden moet worden om omvallen te voorkomen. ...............................................................................(pagina 19 )
3. Stel de spanning van de knop voor grofafstelling scherpte in. .......................................................................................................................................................(pagina 7 )
4. Controleer of de instellingen kloppen.
3-2 Waarnemingsprocedure
6
1
Plaats een preparaat op de tafel. (pagina 7)
2
Pas de interpupillaire afstand aan. (pagina 10)
3
Stel de dioptrie van de oculairs in. (pagina 10)
4
Stel de zoomknop in a op de laagste zoomvergroting en stel de
a
microscoop scherp met behulp van de knop voor grofafstelling
scherpte b .
b
5
Draai de zoomknop a op de gewenste vergroting en stel de
microscoop nauwkeurig scherp op het preparaat met de knop voor
grofafstelling scherpte b en de knop voor fijnafstelling scherpte
c
TIP
(
De instelprocedure is ervan afhankelijk of de
micrometerschijf van het oculair wordt gebruikt of niet.
c (de SZX2-FO heeft geen knop voor fijnafstelling scherpte).
Het contrast tussen het waargenomen beeld en de
scherptediepte van het preparaat kan worden ingesteld met
de ring voor de irisdiafragma-opening.
Ref. Pagina
)