Led-stroomindicaties
De stroom-led (1) aan de voorkant van de flitsontvanger geeft aan wat er gebeurt:
Continu groen licht
– de ontvanger wordt gevoed door een stroomvoorziening (9).
Brandt groen tijdens activering
– de ontvanger werkt en het batterijniveau is goed.
Licht geel op tijdens activering
– de ontvanger werkt, maar de batterijen zijn bijna leeg. Om
batterijen te vervangen, schuif het batterijklepje open en vervang de oude batterijen met vier
1,5 V LR14 alkalinebatterijen. Zie het batterijvak (8) voor de correcte positionering.
Uw ontvanger personaliseren
Volume en flitsen aanpassen
Stel het volume naar wens in met de rode volumeknop (2) bovenop de ontvanger. Het volume
kan worden ingesteld van 0 tot 93 dBA op 1 m afstand, met een hoofdfrequentiebereik van
500 - 1000 Hz. Gebruik de flitssignaalschakelaar (5) aan de achterkant van de ontvanger om de
flitser aan/uit te zetten.
Wijzigen van de radiosleutel
Als het Visit-systeem zonder reden is geactiveerd, is er waarschijnlijk een ander systeem in de
buurt dat dit veroorzaakt. Om radiostoring te voorkomen, moet de radiosleutel op alle worden
apparaten gewijzigd. De radiosleutelschakelaars bevinden zich op de zenders.
1
Open het zenderdeksel en zet de radiosleutelschakelaar omhoog (aan) om de radiosleutel te
wijzigen. Zie
De radiosleutel wijzigen
2
Houd de testknop (7) aan de onderkant van de draagbare ontvanger ingedrukt totdat de
groene en gele Visit-leds afwisselend knipperen. Laat de knop los.
3
Druk binnen 30 seconden op de testknop(pen) op de zender om de nieuwe
radiosleutel te verzenden.
4
Alle Visit-leds (4) op de ontvanger knipperen 5 keer om aan te geven dat de radioknop is
gewijzigd. Let op dat alle Visit-eenheden moeten worden afgestemd op dezelfde radiosleutel.
1
2
54
voor de betreffende zender.
3
Belangrijke veiligheidsinformatie
Dit gedeelte bevat belangrijke informatie over veiligheid, gebruik en operationele voorwaarden.
Bewaar deze bijsluiter voor toekomstig gebruik. Als u het apparaat slechts installeert, moet u deze
bijsluiter aan de hoofdbewoner geven.
Waarschuwingen
Het niet naleven van deze veiligheidsinstructies kan leiden tot brand, elektrische schokken of
ander letsel of schade aan het apparaat of andere eigendommen.
Bewaar dit apparaat buiten het bereik van kinderen jonger dan 3 jaar.
Houd er rekening mee dat alarmen en meldingen kunnen worden gemist als de batterijen leeg raken.
Gebruik of bewaar dit apparaat niet in de buurt van warmtebronnen zoals open vuur, radiatoren,
ovens of andere apparaten die warmte produceren.
Gebruik alleen voedingsadapters en batterijtypen die in deze bijsluiter worden gespecificeerd.
Bescherm kabels tegen elke mogelijke bron van schade.
Haal het apparaat niet uit elkaar: er bestaat een risico op elektrocutie. Bij manipulatie of demon-
tage van het apparaat vervalt de garantie.
Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor gebruik binnenshuis. Stel het apparaat niet bloot aan vocht.
Bescherm het apparaat tegen schokken tijdens opslag en transport.
Breng geen wijzigingen of modificaties aan dit apparaat aan. Gebruik alleen originele
Bellman & Symfon-accessoires om elektrische schokken te voorkomen.
Batterijen zijn giftig. Slik ze niet door! Buiten bereik van kinderen en huisdieren houden. Raad-
pleeg bij inslikken onmiddellijk uw arts!
Informatie over productveiligheid
Het niet opvolgen van deze instructies kan leiden tot schade aan het apparaat en het verval-
len van de garantie.
Als er zich een ernstig incident voordoet met betrekking tot dit apparaat, neem dan contact op
met de fabrikant en relevante autoriteit.
Stel batterijen niet bloot aan vuur of direct zonlicht.
Laat uw apparaat niet vallen. Als u het apparaat op een hard oppervlak laat vallen, kan het
beschadigd raken.
4
Gebruik het apparaat niet in gebieden waar elektronische apparatuur verboden is.
Het apparaat mag alleen worden gerepareerd door een erkend servicecentrum.
Als u andere problemen met uw apparaat ondervindt, neem dan contact op met het verkoop-
punt, uw plaatselijke Bellman & Symfon-kantoor of de fabrikant.
bellman.com
Bezoek
Zonder toestemming van de NCC is het geen enkel bedrijf, onderneming of gebruiker toegestaan
de frequentie te wijzigen, het zendvermogen te verbeteren of de oorspronkelijke kenmerken of
prestaties aan te passen op een goedgekeurd radiofrequentieapparaat met laag vermogen.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt in vliegtuigen, tenzij specifiek toegestaan door
het vliegpersoneel.
voor contactgegevens.
NL
55