8
SATEL
RE-4K
RE-4K
alarm control
panel
CA-6
siren
SP-500
Figuur 6.Voorbeeld van afstandsbediening van de SATEL CA-6 plus alarmcentrale.
In het bovenstaande voorbeeld wordt de alarmcentrale inschakel mode bediend door de
afstandbediening knop 1, terwijl knop 4 wordt gebruikt voor het aansturen van stil
paniekalarm. De afstandbediening is in geleerd in het geheugen van de ontvanger door
middel van de PRG1 knop. De relais 1 en 4 werken in puls mode (kortgesloten B en C bij
PRG1 en PRG4) en verbonden met aarde (0V) op de CTL en Z1 ingangen van de centrale.
Om nu het alarmsysteem in- of uit te schakelen, drukt en houd u de knop nummer 1
ingedrukt totdat u een toon hoort van de aangesloten sirene. Het paniek alarm is actief door
middel van knopnummer 4 in te drukken. Om te voorkomen dat er per ongeluk een
paniekalarm wordt gegeven dient u de betreffende zone- ingang met bijvoorbeeld een
minimale opentijd van 3 seconde te programmeren in de alarmcentrale.
Het figuur hierboven toont ook een simpele manier om de lage batterij indicatie door te
melden.
Om dit voorbeeld te implementeren dienen de volgende parameters te worden
geprogrammeerd in de alarmcentrale:
OUT1 – tijd gestuurd alarm (+12V wanneer de uitgang actief is);
OUT2 – alarm herstellen (+12V wanneer de uitgang actief is);
OUT3 – voeding uitgang (+12V);
OUT4 – ingeschakeld indicatie (OC type uitgang – programmeer +12V wanneer actief);