Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Schako EasyBus Installatie- En Onderhoudsinstructies pagina 11

Inhoudsopgave

Advertenties

Scan met automatische adressering
Algemeenheden over de adressering:
Voor de opbouw van een EasyBus-netwerk heeft men
minstens een EasyS-MV2 en EasyS-FV1, minstens een (tot
max. 128) EasyF-module en een modbusinterface nodig. De
communicatie tussen een EasyS-MV2 en de deelnemers
(minstens één (tot max. 128) EasyF-module) vereist een
volledige scan van het EasyBus-netwerk. De EasyF-modules
hebben hiervoor een eenduidig adres nodig. Deze adressering
kan manueel aan elke module worden toegewezen of
automatisch door de Easy-MV2. In de volgende hoofdstukken
worden de adresseringsmogelijkheden voorgesteld.
Scan met automatische adressering:
Master is in werking
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
knippert
 parametreertoets zolang aantikken totdat
verschijnt
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
knippert driemaal
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
verschijnt (knipperfrequentie van het punt
2x)
evt. het gewenste cijfer door aantikken selec
teren
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
verschijnt (knipperfrequentie van het punt
1x)
evt. het gewenste cijfer door aantikken selec
teren
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
7-segmentdisplay dooft kort
"
knippert tijdens de scan
Na een succesvolle scan gaat de EasyS-MV2 in de
overeenkomstige Modbus-status over naar 0 of 1.
Als er meerdere netwerken in een gebouw
zijn opgebouwd, dan moeten de
desbetreffende kanalen van de EasyS-MV2
overeenkomstig worden aangepast. De
kanalen 01 tot 99 staan ter beschikking.
Voor zover geen module op het gekozen
kanaal
wordt gevonden, kan de master niet
overgaan naar status "1". Een nieuwe scan met het juiste
kanaal leidt tot een succesvolle scan van het netwerk.
Bovendien wordt aanbevolen dat tijdens een scan de andere
EasyBus-netwerken uitgeschakeld zijn.
Constructiewijzigingen voorbehouden
Terugname niet mogelijk
EasyBus - Meld- en schakelbussysteem
Inbouw-, bedienings- en onderhoudsinstructie
Parametrering van de EasyS-MV2 |
Scan zonder automatische adressering
Ingeval een EasyBus-netwerk reeds is opgebouwd en de
modules reeds geadresseerd zijn, wordt het EasyBus-netwerk
gescand, waarbij de EasyS-MV2 geen adressering uitvoert.
Master is in werking
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
knippert
 parametreertoets zolang aantikken totdat
verschijnt
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
knippert driemaal
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
verschijnt (knipperfrequentie van het punt
2x)
evt. het gewenste cijfer door aantikken selec
teren
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
verschijnt (knipperfrequentie van het punt
1x)
evt. het gewenste cijfer door aantikken selec
teren
 parametertoets >3 s ingedrukt houden
7-segmentdisplay dooft kort
"
knippert tijdens de scan
Na een succesvolle scan gaat de EasyS-MV2 in de
overeenkomstige Modbus-status over naar 0 of 1.
Als er meerdere netwerken in een gebouw
zijn opgebouwd, dan moeten de
desbetreffende kanalen van de EasyS-MV2
overeenkomstig worden aangepast. De
kanalen 01 tot 99 staan ter beschikking.
Voor zover geen module op het gewenste
kanaal wordt gevonden, kan de master niet overgaan naar
status "1". Een nieuwe scan met het overeenkomstige kanaal
van de EasyF-modules leidt ertoe dat de master overgaat
naar status 1.
Bovendien wordt aanbevolen dat tijdens een
kanaalverandering de andere EasyBus-netwerken
uitgeschakeld zijn.
Staat: 2020-07-02 | Pagina 11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave