Houd er rekening mee dat de productgarantie vervalt als een PV-reeks met een kortsluitstroom groter dan 20
A in omgekeerde polariteit wordt aangesloten.
Wanneer de MPPT overschakelt naar de druppellaadfase vermindert de laadstroom van de accu door het verhogen van de PV
Power Point spanning.
De maximale open circuit spanning van de PV-reeks moet minder zijn dan 8 keer de minimale accuspanning bij druppellading.
Wanneer een accu bijvoorbeeld een druppellaadspanning heeft van 54,0 volt, mag de maximale open circuit spanning van de
aangesloten reeks niet hoger zijn dan 432 volt.
Wanneer de spanning van de panelen deze parameter overschrijdt, wordt in het systeem de foutmelding "Overlaadbescherming"
weergegeven en wordt het uitgeschakeld.
Om dit te corrigeren, moet ofwel de druppellading van de accu verhoogd of de PV-spanning verlaagd worden door de PV-panelen
van de string te verwijderen om de spanning weer binnen de specificatie te brengen.
3.5. Kabelaansluiting volgorde
Ten eerste: Bevestig de juiste polariteit van de accu, sluit de accu aan.
Ten tweede: Sluit indien nodig de remote Aan/Uit-schakelaar aan, het programmeerbare relais en de communicatiekabels
Ten derde: Controleer dat PV-polariteit correct is en sluit vervolgens de PV-reeks aan (indien onjuist aangesloten met
omgekeerde polariteit, zal de PV-spanning dalen, de regelaar zal opwarmen maar de accu zal niet opladen).
3.6. Verbinding met de belasting
Verbind nooit de uitvoer van de omvermer met een andere wisselstroombron, zoals een stopcontact of aggregaat.
Golfsynchroniserende PV zonne-energieomvormers kunnen met de AC-Out uitgang verbonden worden, zie hoofdstuk over
Frequentie Verschuivingsfunctie voor meer informatie.
De Inverter RS is een product van veiligheidsklasse I (geleverd met een aardingsklem voor
veiligheidsdoeleinden). De AC-uitgangsklemmen en / of het aardingspunt aan de buitenkant
van het product moeten om veiligheidsredenen voorzien zijn van een ononderbreekbaar
aardingspunt.
De Inverter RS is voorzien van een aardrelais dat automatisch de neutrale uitgang verbindt
met het chassis. Dit zorgt voor de correcte werking van de interne aardlekschakelaar en een
aardlekschakelaar die aangesloten is op de uitgang.
─
van de aardingsdraad van de AC-ingang. Anders moet de behuizing worden geaard.
─
de walaansluiting gelijktijdig de aardverbinding verbreken. In dat geval moet de behuizing worden
aangesloten op het chassis (van het voertuig) of op de romp of aardingsplaat (van de boot).
20 A
3.7. VE.Direct
Dit kan gebruikt worden om een pc/laptop aan te sluiten om de omvormer te configureren met een VE.Direct naar USB-
accessoire. Kan ook gebruikt worden om een Victron GlobalLink 520 aan te sluiten om gegevensbewaking op afstand mogelijk te
maken.
Let op: de VE.Direct-poort op de Inverter RS kan niet gebruikt worden om verbinding te maken met een GX-apparaat, en in plaats
daarvan moet de VE.Can-verbinding gebruikt worden.
3.8. VE.Can
Wordt gebruikt om verbinding te maken met een GX-apparaat en/of de dagelijkse communicatie met andere VE.Can-compatibele
producten zoals de VE.Can MPPT-producten.
3.9. Bluetooth
Gebruikt om verbinding te maken met het apparaat via VictronConnect voor configuratie.
3.10. I/O gebruiker
Pagina 7
Inverter RS Smart Solar
In een vaste installatie kan een ononderbroken aarding worden gewaarborgd door middel
Bij een mobiele installatie (bijvoorbeeld met walstroomstekker) zal het onderbreken van
Installatie