Inhoudsopgave
Advertenties
Machine Translated by Google
Hoofdstuk 13
Netwerkbestemming:
wil. Dit IP-adres mag zich niet in hetzelfde subnet bevinden als het
WAN- of LAN-IP van router A. In het voorbeeld is het IP-adres van het bedrijfsnetwerk het bestemmings-IP-
adres, dus voer hier 172.30.30.1 in.
Subnetmasker:
is één IP-adres, voer dan 255.255.255.255 in; voer anders het subnetmasker van het overeenkomstige
netwerk-IP in. In het voorbeeld is het doelnetwerk één IP-adres, dus voer 255.255.255.255 in.
Standaardgateway:
worden verzonden. Dit IP-adres moet zich in hetzelfde subnet bevinden als het IP-adres
van de router die de gegevens verzendt. In het voorbeeld worden de datapakketten naar
de LAN-poort van Router B en vervolgens naar de server verzonden, dus de
standaardgateway zou 192.168.0.2 moeten zijn.
Interface:
voorbeeld worden de gegevens via de LAN-poort van Router A naar de gateway verzonden, dus
worden geselecteerd.
Beschrijving:
5. Klik op
OK.
6. Controleer de onderstaande
is de statische routering succesvol ingesteld.
het doel-IP-adres dat u aan een statische route toewijst
Bepaalt het doelnetwerk met het doel-IP-adres. Als het doel een
het IP-adres van het gatewayapparaat waarnaar de datapakketten
Bepaald door de verbinding (WAN/LAN) waarover de datapakketten worden verzonden. In het
voer een beschrijving in voor deze statische routeringsinvoer.
systeemrouteringstabel .
Pas de jouwe aan
Netwerkinstellingen
Als u de door u ingestelde vermelding kunt vinden,
LAN
moet
70
Advertenties
Inhoudsopgave
