a.
Sluit de netvoedingsadapter aan op het access point en steek de
netvoedingsadapter vervolgens in een stopcontact.
b.
Wacht tot het netvoedingslampje
oplicht en groen wordt.
Als er geen lampjes branden, drukt u op de aan-uitknop op de
achterzijde van het access point.
4. Sluit een computer aan.
1
2
3
4
Lampjes
De lampjes op het draadloze access point geven de activiteit van het
draadloze access point aan:
Lampje
Netvoedingslampje •Uit. Voeding is uit.
Activiteitslampje
Beschrijving
•Groen. Voeding is aan.
• Oranje. Er wordt een zelftest uitgevoerd. Tijdens het
opstarten brandt het lampje oranje, vervolgens knippert
het groen voordat het na 45 seconden groen blijft
branden. Als het lampje oranje brandt of na één minuut
groen blijft knipperen, is er sprake van een systeemfout.
•Uit. Er wordt geen Ethernet-verkeer gedetecteerd.
• Groen of groen knipperend. Er wordt Ethernet-verkeer
gedetecteerd.
op het voorpaneel oranje
5