Tip voor de plaatsing:
- De regen meter dient in een open veld te worden geplaatst, verwijderd van muren, hekken, bomen
en andere voorwerpen die neerslag kunnen verminderen of tegenhouden. Ook boomtoppen en
daken kunnen de oorzaak zijn van vuil en pollen die het effect van de regen meter
beïnvloeden.
- Om het effect van schaduw regen te vermijden, dient u de regen sensor te plaatsen op een
horizontal vlak dat zich 2 tot 4 keer de afstand van een in de buurt staand blokkerend object
bevind.
- Het is van belang dat de overtollige neerslag vrij uit de regensensor kan verdwijnen. Overtuig u
ervan dat er geen water in de basis blijft staan.
- Het neerslag meet mechanisme maakt gebruik van een magneet, derhalve dient u geen
magnetische voorwerpen in de nabijheid van de regen meter te plaatsen.
Het instellen van de ANEMOMETER (wind) sensor
1. Bevestig de wind schoepjes en de windvaan aan de anemometer.
2. Bevestig de geassembleerde anemometer aan de basis middels de aluminium buis.
3. Plaats 2 stuks UM-3 of "AA" 1.5V batterijen in de batterijhouder van de basis.
4. Bevestig de anemometer op een vertikaal oppervlak met de bijgeleverde bevestigings materialen.
5. Om de hoofd unit in staat te stellen de windrichting waarop de windvaan is georiënteerd te
vinden, zijn de volgende procedures vereist:
i. Batterijen moeten geplaatst zijn
ii. Richt de windvaan naar het noorden. Gebruik een kompas of een kaart indien nodig.
iii. Gebruik een pin om de "SET" knop in het batterijvakje van de wind sensor in te drukken.
Opmerking: Bovenstaande procedure dient herhaald te worden als u de batterijen verwisselt.
Door het indrukken van "SET" kunt u tussen twee standen schakelen:
1.De windrichting wordt ingesteld zoals door de fabrikant ingegeven. Dit is tevens de
instelling nadat u batterijen verwisseld heeft.
2.Huur de huidige wind richting in als NOORD.
Tip voor de plaatsing:
- Let erop dat de wind vrij om de wind meter kan bewegen en niet geblokkeerd wordt door
nabijgelegen gebouwen, bomen of andere obstakels.
- Voor een beter resultaat dient u de anemometer tenminste 3 meter boven plaatselijke obstakels te
plaatsen. De grond creert een wrijvings effect en zorgt voor een zwakkere uitlezing van de
windsterkte.
- Zorg ervoor dat de anemometer alle windrichtingen in uw gebied kan bestrijken.
- De officiele plaatsings standaard voor anemometers is 10m boven grondniveau in een gebied
zonder obstakels.
1. Open het klepje van de batterij aan de achterzijde van de hoofd unit.
2. Plaats 4 stuks UM-3 of "AA" 1.5V batterijen en let op de + en – aanduidingen op de batterijen en
in het batterij vakje.
3. Plaats het klepje van de batterij weer terug.
4. Als u de hoofdapparaat op een vlakke ondergrond plaatst, draai dan de tafelstandaard naar
beneden en stel de hoofdapparaat zodanig in dat u er het best op kunt zien.
5. Als u de hoofd unit aan een wand wilt bevestigen, draait u de tafel standaard terug in de unit.
100