5.2 Elektrisch materiaal
Een minimale geleiderdoorsnede van 1,5 mm² is van toepassing op de kabels in de
aansluitschema's. Voor de gebruikte componenten, elektrisch materiaal en kabellengtes kan de
vereiste geleiderdoorsnede afwijken.
5.3 Beveiliging - Voorwaarden en uitgangspunten
De volgende voorwaarden zijn van toepassing op de aansluitschema's:
• De installateur zorgt dat noodzakelijke en niet weergegeven beveiligingen gebruikt en opgenomen
worden in de schema's.
• Zorg dat het aangedreven systeem zichtbaar is vanaf alle besturingseenheden en
besturingssystemen. Plaats besturingseenheden en besturingssystemen op een hoogte welke
overeenstemt met toepasselijke normen en richtlijnen.
• Bescherm de elektrische aansluitingen tegen vochtige omstandigheden.
• Volg de toepasselijke normen, richtlijnen en/of bedradingsrichtlijnen voor elektrische
aansluitingen.
Inductie
Problemen met inductie moeten worden voorkomen. Inductie kan een verstoring veroorzaken van
de elektronica.
Inductie kan veel oorzaken hebben zoals:
• kabellengtes;
• externe bronnen;
• te veel kabels samen.
EMC Verstoring
Problemen met elektromagnetische verstoring moeten worden voorkomen. Voor een correcte
functionele werking zijn voorzorgsmaatregelen, zoals een EMC netfilter, mogelijk noodzakelijk.
Gebruik alleen toepasselijke componenten en elektrisch materiaal.
Zie altijd de bijbehorende informatie en handleidingen.
Elektrische aansluitingen zijn uitsluitend toegestaan aan een
elektrisch installateur of een elektricien.
Voor montage en onderhoudswerkzaamheden moet het systeem
spanningsloos worden geschakeld.
Zorg altijd dat de beveiligingen voldoen aan de, lokale of nationale,
wetten en regelgeving van het land.
Scheiding van kabels is noodzakelijk. Dit voorkomt problemen met
Het is noodzakelijk om aan EMC-conformiteit te voldoen. Dit
voorkomt problemen met elektromagnetische verstoring.
Ridder Drive Systems B.V.
T +31 (0)341 416 854 - F +31 (0)341 416 611 - I ridder.com
inductie.
14