Opmerking: De wifi-antenne is de langere antenne.
Opmerking: Er is een optionele high-gain wifi-antenne
verkrijgbaar, de WA5. De WA5 kan de betrouwbaarheid
van de wifi-verbinding in sommige installaties verbeteren.
Neem contact op met uw Naim-leverancier voor meer
informatie.
2.7.3 Netwerkinstellingen
Wanneer NAC-N voorversterkers nieuw uit de verpakking
in gebruik worden genomen, is er geen netwerkconfiguratie
vereist; het apparaat kan dan automatisch verbinding met
een netwerk maken (standaard wordt DHCP gebruikt). Als
de NAC-N voorversterker echter al eerder werd gebruikt,
dan kan de netwerkconfiguratie gewijzigd zijn en is het
mogelijk dat het apparaat niet automatisch verbinding
met een netwerk kan maken. In dat geval dient u in het
menu Netwerkinstellingen de optie DHCP te selecteren
(zie hoofdstuk 4.6 van deze handleiding) en de NAC-N
voorversterker opnieuw op te starten. Als het probleem
aanhoudt, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke
leverancier of installateur, of Naim rechtstreeks benaderen.
Opmerking: Wanneer de fabrieksinstellingen worden
hersteld, worden de draadloze instellingen en door de
gebruiker vooringestelde radiozenders (presets) gewist.
2.8 Bluetooth
NAC-N voorversterkers kunnen Bluetooth-audiostreams
afspelen van Bluetooth-apparaten waarop een geschikte
app voor het afspelen van audio draait. De meegeleverde
Bluetooth-antenne moet worden aangesloten op de ingang
voor de Bluetooth-antenne op het achterpaneel.
Opmerking: De Bluetooth-antenne is de kortere van de
twee meegeleverde antennes.
2.9 Systeemautomatisering
NAC-N voorversterkers kunnen met gebruik van Sys
automatiseren gekoppeld worden om bepaalde cd-spelers
van Naim te bedienen. Een cd-speler van Naim kan dan
bediend worden via de Naim iOS- en Android-app.
Om systeemautomatisering te gebruiken, moet de
Remote Out-uitgang op het achterpaneel van de NAC-N
voorversterker worden aangesloten op de Remote In-ingang
van de cd-speler. Gebruik hiervoor een kabel met een 3,5
mm stekker aan het ene uiteinde en een 3,5 mm stekker of
phono-stekker aan het andere uiteinde.
Opmerking: Voor systeemautomatisering kan een stereo
en mono 3,5 mm stekker naar 3,5 mm stekker worden
gebruikt. Als een kabel met een stereo 3,5 mm stekker
2. Installeren en aansluiten
naar phono-stekker wordt gebruikt, moet de phono-
stekker voor het linkerkanaal worden gebruikt.
Opmerking: NAC-N voorversterker
systeemautomatisering is standaard uitgeschakeld. Zie
hoofdstuk 4.12 voor een volledige omschrijving van de
configuratie en het gebruik van deze functie.
2.10 Ingangen voor afstandsbediening en
firmware-upgrades
Op het achterpaneel van NAC-N voorversterkers zit een
aansluiting voor een afstandsbediening en een aansluiting
voor firmware-upgrades.
•
Naast systeemautomatisering (zie hoofdstuk 2.9)
kunnen de aansluitingen Remote In en Out worden
gebruikt om het apparaat via een bedrade aansluiting
of een IR-repeater met een RC5-afstandsbediening te
bedienen.
•
Via de mini-USB-aansluiting zijn firmware-upgrades
en diagnostische tests mogelijk. Voor meer informatie
kunt u contact opnemen met uw Naim-leverancier.
Opmerking: De mini-USB-interface is niet geschikt voor
USB-geheugenapparaten.
6