6
( 1 )
( 2 )
7
( 2 )
( 1 )
8
9
Controleer het schuifje voor
schrijfbeveiliging van uw kaart en
plaats de geheugenkaart.
Bij geheugenkaarten met een schuifje voor
schrijfbeveiliging kunt u geen opnamen maken
als het schuifje op de vergrendelde positie
staat. Verschuif het schuifje richting (1).
Plaats de geheugenkaart met het label (2) in
de getoonde richting totdat deze vastklikt.
Om de geheugenkaart te verwijderen, duwt
u deze naar binnen tot u een klik voelt en
laat u de kaart langzaam los.
Sluit het klepje.
Sluit het klepje (1) en duw het lichtjes aan
terwijl u het schuifje verschuift, totdat het
klepje vastklikt (2).
Als het klepje niet gesloten kan worden,
controleert u of de batterij in de juiste
richting is geplaatst bij stap 2.
Schakel de camera in.
Druk op de ON/OFF-knop.
Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
Druk op de knoppen [ ][ ] om een optie te
selecteren.
Druk op de knoppen [
de regelaar [
] om de datum en tijd in te
voeren.
Als u klaar bent, drukt u op de knop [
Voordat u begint
][
] of draai aan
].
5