4. Gebruik
4.1 Gebruik van het apparaat
Functie van de oververhittingsbeveiliging:
Uw reiswaterkoker is voorzien van een oververhittingsbeveiliging die het
apparaat automatisch uitschakelt als het per ongeluk zonder of met te
weinig water in gebruik is genomen.
Als de oververhittingsbeveiliging wordt geactiveerd, dient u als volgt
voor te gaan:
• Trek de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat tot kamertem-
peratuur afkoelen.
Als het is afgekoeld, kunt u het opnieuw in gebruik nemen.
4.2 Reiswaterkoker vullen
Sluit het apparaat pas op het stroomnet aan als het wa-
terreservoir gevuld is en de deksel dicht is, nooit eerder!
• Open de deksel (B), door de reiswaterkoker bij het handvat (C) vast te
houden en de deksel (B) aan de greep omhoog te trekken.
Als u teveel water in het apparaat doet, bestaat gevaar
voor overkoken. Dit kan tot brandwonden leiden!
• Vul het waterreservoir (E) met water.
Zorg er daarbij voor dat de waterniveau-indicaties (F) "min" en "max" in
acht worden genomen.
• Sluit de deksel (B).
Als de deksel niet goed dicht is, werkt de automatische
kookstop niet.
• Sluit nu de reiswaterkoker aan op het stroomnet.
12
4.3 Water koken
• Schakel het apparaat in (position 1) met de aan-/uit-schakelaar (D).
Het apparaat is ingeschakeld. De controlelampjes (G) branden. Het ver-
warmingsproces begint. Zodra het water kookt, wordt het apparaat door
de automatische kookstop uitgeschakeld. De controlelampjes (G) gaan
uit. De uitschakeltijd hangt af van de hoeveelheid water.
Aan het einde van het kookproces kunnen enkele druppels
condenswater uit de afvoeropeningen aan de onderkant van
het apparaat lopen. Dit betekent niet dat het apparaat on-
dicht is, maar komt door de automatische kookstop en heeft
geen invloed op de veiligheid.
Sterk verkalkte apparaten kunnen leiden tot het vroegtijdig
uitschakelen van het apparaat en tot energieverlies. De reis-
waterkoker moet daarom regematig worden ontkalkt.
4.4 Kookproces handmatig onderbreken
U kunt het kookproces ook voortijdig handmatig onderbreken.
• Schakel daarvoor het apparaat uit (position 0) met de aan-/uit-schake-
laar (D).
4.5 Water inschenken
Hierbij is het niet nodig de deksel (B) te openen.
• Giet het hete water via de tuit (A) in de daarvoor bestemde beker o.i.d.
Laat het apparaat voor het volgende kookproces eerst afkoelen op ka-
mertemperatuur.
13