Samenvatting van Inhoud voor Carrier Aritech 2X Series
Pagina 1
2X Series Bedieningshandleiding P/N 00-3250-505-0001-07 • ISS 15DEC22...
Pagina 2
Fabrikant Carrier Manufacturing Poland Spółka Z o.o., Ul. Kolejowa 24, 39-100 Ropczyce, Poland. EC-geautoriseerde vertegenwoordiger: Carrier Fire & Security B.V., Kelvinstraat 7, 6003 DH Weert, Netherlands. Versie REV 07. Dit document beschrijft centrales met firmwareversie 3.7 of hoger.
Inhoud Belangrijke informatie II Aansprakelijkheidsbeperking II Waarschuwingen en disclaimers met betrekking tot de producten II Adviserende berichten III Inleiding 1 Firmwarecompatibiliteit 1 Productassortiment 1 Productoverzicht 3 Gebruikersinterface 3 Bedieningselementen en indicatie-LED’s op het voorpaneel 5 LCD-bediening en indicatoren 11 Geluidssignalen 13 Condities 14 Statusmeldingen 15 Centrale bedienen 20...
Adviserende berichten Adviserende berichten waarschuwen u voor condities of praktijken die ongewenste gevolgen kunnen hebben. De adviserende berichten die in dit document worden gebruikt, worden hieronder beschreven. WAARSCHUWING: Waarschuwingsberichten adviseren u over gevaren die zouden kunnen leiden tot verwondingen of dodelijk letsel. Ze geven aan welke acties u moet nemen of vermijden om verwondingen of dodelijk letsel te voorkomen.
Inleiding Dit is de bedieningshandleiding voor de 2X Series brandmeldcentrales, herhaalpanelen en ontruimingscentrales. Lees deze instructies en alle verwante documentatie volledig door voordat u dit product in gebruik neemt. Firmwarecompatibiliteit Dit document bevat informatie over centrales met firmwareversie 3.7 of hoger. Dit document mag niet worden gebruikt als bedieningshandleiding voor centrales met een oudere firmwareversie.
Model Beschrijving 2X-FR-FB2(-S) Adresseerbaar brandalarm herhaal paneel met doormelding en besturingsapparaat 2X-FR-SCFB(-S) Adresseerbaar SS 3654 herhaalpaneel voor brandmeldcentrale met doormelding en besturingsapparaat [2] [1] (-S) geeft aan dat er grote en kleine behuizingmodellen beschikbaar zijn. [2] Omvat een brandsleutel. Functionaliteit herhaal paneel Alle centrales in een brandmeldnetwerk kunnen worden geconfigureerd voor herhaalpaneelfunctionaliteit, op voorwaarde dat er een netwerkkaart geïnstalleerd is.
Productoverzicht Dit onderwerp biedt een inleiding voor de gebruikersinterface van de centrale, de LCD, de bedieningselementen en de indicatie-LED’s. Zie “Bedieningselementen en indicatie-LED’s op het voorpaneel” op pagina 5 voor een gedetailleerd overzicht van de bedieningselementen en indicatie-LED’s op het voorpaneel Gebruikersinterface Afbeelding 1: De gebuikersinterface van de brandmeldcentrale (met bediening voor doormelding en besturingsapparaat)
Pagina 10
Afbeelding 2: Gebruikersinterface ontruimingscentrale 1. Indicatie-LED Voeding 14. Knop en indicatie-LED Stop zoemer 2. Indicatie-LED Algemene test 15. Knop en indicatie-LED Signaalgevers Aan/Stop 3. Indicatie-LED Algemeen uit 16. Indicatie-LED Storing systeem 4. Indicatie-LED Algemene storing 17. Indicatie-LED Accuspanning te laag 5.
Configuratieopties Afhankelijk van uw configuratie zijn de labels van sommige interfaceknoppen gewijzigd. Zie Tabel 2 hieronder. Tabel 2: Geconfigureerde wijzigingen van interfaceknoppen en indicatie-LED’s Item EN 54 NEN 2575 Alle uitgangsgroepen starten/stoppen Starten/stoppen voor alle ontruimingsgroepen Programmeerbare uitgangsgroep Signaalgevers voor ontruimingszone starten/stoppen starten/stoppen Signaalgevers Aan/Stop...
Bedieningselement/ Kleur Beschrijving Indicatie-LED indicatie-LED Knop en indicatie-LED Rood Annuleert een eerder ingestelde vertraging tijdens Doormelding het aftellen en activeert de doormelding. Aan/Bevestigd Als de indicatie-LED continu brandt, geeft dit aan dat de doormelding is geactiveerd. Een continu brandende indicatie-LED geeft aan dat het doormeldsignaal is bevestigd door de externe centrale.
Pagina 13
Bedieningselement/ Kleur Beschrijving Indicatie-LED indicatie-LED Indicatie-LED Geel Geeft aan dat er een besturingsapparaatstoring is Besturingsapparatuur opgetreden, dat het is uitgeschakeld of wordt Storing/Uit/Test getest. Een knipperende indicatie-LED geeft een storing aan. Een continu brandende indicatie-LED geeft een uitschakeling of een test aan. Knop en indicatie-LED Geel Schakelt een eerder geconfigureerde...
Pagina 14
Bedieningselement/ Kleur Beschrijving Indicatie-LED indicatie-LED Knop en indicatie-LED Rood De rode indicatie-LED geeft aan wat er gebeurt Signaalgevers wanneer de knop wordt ingedrukt: Aan/Stop Als de indicatie-LED brandt (knipperend of continu), worden door het indrukken van de knop de signaalgevers gestopt. Als de indicatie-LED uit is, worden door het indrukken van de knop de signaalgevers ingeschakeld (als de status van de centrale en de...
Bediening en indicatie-LED’s op de ontruimingscentrale Onderstaande tabel bevat informatie over de extra bedieningselementen en indicatie-LED’s voor ontruimingscentrales. Opmerking: Als de ontruimingscentrale in de NEN 2575-modus bediend wordt, kunnen alleen signaalgeveruitgangsgroepen aan de programmeerbare knop Starten/Stoppen worden gekoppeld. Tabel 4: Bedieningselementen en indicatie-LED’s op de ontruimingscentrale Bedieningselement/In Kleur Beschrijving...
Pagina 16
Indicatoren voor signaalgevers, doormelding en besturingsapparaat De centrale kan door uw installateur worden geconfigureerd voor meerdere groepen voor signaalgever, doormelding of besturingsapparaat. Omdat groepen van één enkel type niet altijd dezelfde status delen, geven de indicatoren op het voorpaneel voor het bijbehorende groepstype de algemene status van alle groepen weer.
LCD-bediening en indicatoren Afbeelding 3: LCD-bediening en indicatoren 1. Indicatie Dag/Nacht mode 2. Systeemdatum en -tijd (en aftelling actieve doormeldvertraging of uitgebreide doormeldvertraging) 3. Netwerkstatus centrale (zelfstandig, via netwerk, herhaalpaneel) 4. Teller voor actuele alarm-, storing- en conditiegebeurtenissen 5. Berichtweergavegebied 6.
Pictogrammen op de LCD De pictogrammen op de LCD worden hieronder weergegeven. Tabel 5: LCD-pictogrammen en omschrijvingen Pictogram Beschrijving Dit pictogram geeft aan dat de primaire Dag mode (netwerk) gevoeligheidsmode voor centrales in het brandmeldnetwerk de dagmode is. Dit pictogram geeft aan dat de gevoeligheidsmode voor de lokale centrale de dagmode is.
Pictogram Beschrijving Dit pictogram geeft een handbrandmelder alarm aan. Handbrandmelder alarm [1] Dit pictogram geeft een handbrandmelder alarm Handbrandmelder alarm (sprinkler) aan. (sprinkler) [1] Dit pictogram geeft een handbrandmelder alarm Handbrandmelder alarm (huisalarm) aan. Dit is een lokaal alarm zonder (huisalarm) [1] activering van de doormelding.
Condities Een overzicht van de systeemgebeurtenissen die als condities zijn opgeslagen, wordt hieronder getoond. Tabel 7: Systeemgebeurtenissen aangemeld als condities Type conditie Beschrijving Waarschuwing Een melder bevindt zich in de alarmmode maar het systeem wacht op nog een alarmgebeurtenis om het groepsalarm te bevestigen Configuratie aangesloten apparaat Een configuratiesessie voor de centrale wordt gestart vanaf...
Statusmeldingen Dit gedeelte bevat een overzicht van de statusmeldingen van de centrale. Stand-by Dit wordt als volgt aangegeven: • De indicatie-LED Voeding brandt continu • Als er een signaleringsvertraging is ingeschakeld, brandt de indicatie-LED Signalering vertraging continu • Als er een doormeldvertraging is ingeschakeld, brandt de indicatie-LED Doormelding vertraging continu •...
Pagina 22
Extra aanduidingen voor de brandalarmstatus zijn: • De indicatie-LED Alarm op de centrale knippert als het alarm is geactiveerd door een detector, of brandt continu als het is geactiveerd door een handbrandmelder. • Indien een groepenkaart is geïnstalleerd en de desbetreffende groep bevindt zich op de groepenkaart, knippert of brandt de indicatie-LED van de groep (afhankelijk van de bron van het alarm).
Evacuatie Als uw centrale geconfigureerd is voor ontruimingsbesturing, wordt de ontruiming als volgt aangegeven: • De indicatie-LED Bevestigen brandt continu. • De indicatie-LED Ontruimingsalarm brandt continu als een ontruimingsalarm actief is of knippert als een bevestigingsvertraging aftelt. • De indicatie-LED Starten/stoppen voor alle ontruimingsgroepen brandt als een ontruimingsalarm voor alle geconfigureerde ontruimingszones actief is.
Uitschakeling Uitschakelingen worden als volgt aangegeven: • De indicatie-LED Algemeen uit brandt continu en de overeenkomstige indicatie-LED voor de functie of de melder (indien aanwezig) knippert. • Indien een groepenkaart is geïnstalleerd, brandt de indicatie-LED Uit/Test van de groep continu (indien de overeenkomstige groep zich op de groepenkaart bevindt).
Als de accu helemaal leeg is, schakelt de centrale zich uit om de accu te beschermen en zijn er geen verdere aanduidingen meer. Indien de spanningstoevoer terugkeert voordat de centrale wordt uitgeschakeld, wordt de eerdere status van de centrale hersteld. Zoniet moeten de datum en tijd van de centrale opnieuw worden ingesteld nadat de voeding weer is hersteld.
Centrale bedienen Gebruikersniveaus Toegang tot een aantal functies van dit product wordt beperkt door het gebruikersniveau dat aan een gebruikersaccount is toegewezen. Openbaar Het algemene niveau is het standaard gebruikersniveau. Op dit niveau zijn basis bedieningshandelingen mogelijk, zoals het reageren op een brandalarm of storingswaarschuwing van de centrale.
Bedieningshandelingen en -procedures De functieknoppen en de jog-draaiknop gebruiken Gebruik de functieknoppen F1 t/m F4 en de jog-draaiknop (zie Afbeelding 3 op pagina 11) om door de LCD-menu’s te navigeren, menuopties te selecteren en wachtwoorden en systeemgegevens in te voeren, zoals hieronder wordt getoond. Wachtwoorden en Draai de jog-draaiknop rechtsom om wachtwoorden en overige systeemgegevens invoeren...
Bediening voor openbaar-gebruikersniveau Handelingen op openbaar gebruikersniveau zijn handelingen die door elke gebruiker kunnen worden uitgevoerd. Er is geen wachtwoord vereist om handelingen op dit niveau uit te voeren. In dit gebruikersniveau kunt u het volgende doen: • De zoemer stoppen. •...
Tabel 9: Indicatie van doormelding en doormeldvertraging Type vertraging Indicatie van vertraging Brand doormelding Als de indicatie-LED Doormelding vertraging continu brandt, is de vertraging ingeschakeld. Als tijdens een brandalarm de indicatie-LED Doormelding vertraging knippert, geeft dit aan dat de geconfigureerde vertraging actief is (de doormelding wordt geactiveerd wanneer de geconfigureerde vertraging verloopt of wanneer de vertraging geannuleerd wordt).
Ondersteuningsinformatie weergeven Als u ondersteuningsinformatie wilt weergeven die door uw installatie- of onderhoudsbedrijf is geconfigureerd, drukt u op F3 (Ondersteuning). Uw installatie- of onderhoudsbedrijf kan bijvoorbeeld contactgegevens of verschillende berichten configureren die tijdens alarm- of niet-alarmsituaties worden weergegeven. Opmerking: Deze informatie is alleen beschikbaar als uw installatie- of onderhoudsbedrijf deze informatie aan de configuratie van het brandmeldsysteem heeft toegevoegd.
Bediening voor operator-gebruikersniveau Het operator-niveau is beveiligd met een wachtwoord en is gereserveerd voor geautoriseerde gebruikers die een training in het gebruik van de centrale hebben gevolgd. Het standaardwachtwoord voor het operator-gebruikersniveau is 2222. In dit gebruikersniveau kunt u het volgende doen: •...
Pagina 32
Signaalgevers stoppen of gestopte signaalgevers opnieuw starten Als u de signaalgevers wilt stoppen, drukt u op de knop Signaalgevers Aan/Stop. Druk nogmaals op de knop om gestopte signaalgevers opnieuw te starten. Een continu brandende indicatie-LED Signaalgevers Aan/Stop geeft aan dat de signaalgevers zijn geactiveerd (geluid klinkt).
Ontruimingssignaalgevers handmatig starten Als u de signaalgevers in een enkele ontruimingszone wilt starten, druk dan op de knop Starten/stoppen van de overeenkomende ontruimingszone en vervolgens op de knop Bevestigen. Als u de signaalgevers in een alle ontruimingszone wilt starten, druk dan op de knop Starten/stoppen voor alle ontruimingszones en vervolgens op de knop Bevestigen.
Rapporten weergeven Als u systeemstatusrapporten voor de centrale en aangesloten melders wilt weergeven, selecteert u Rapporten in het hoofdmenu. De rapportgegevens voor dit gebruikersniveau worden onderstaande tabel getoond. Tabel 10: Rapporten beschikbaar voor operator-gebruikers Rapport Beschrijving Logboek Geeft de alarm-, storings- en conditiegebeurtenissen die door de centrale in het logboek zijn opgeslagen weer Opgelet Geeft alle melders weer die een storing rapporteren...
Uw wachtwoord wijzigen Gebruik het menu Paswoord instellen om uw wachtwoord te wijzigen. Ga als volgt te werk om het wachtwoord te wijzigen: 1. Selecteer Paswoord instellen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Wijzig Paswoord. 2. Voer het huidige wachtwoord in. 3.
Een toetsenbordtest uitvoeren Voer een toetsenbordtest uit om te bevestigen dat de knoppen correct werken. Ga als volgt te werk om een toetsenbordtest uit te voeren: 1. Selecteer Test in het hoofdmenu. 2. Selecteer UI test en vervolgens Toetsenbord test. 3.
Onderhoud Voor een correcte werking van uw centrale en brandmeldsysteem en om te voldoen aan alle Europese regelgeving, moeten de volgende onderhouds- controles worden uitgevoerd. Driemaandelijks onderhoud Neem contact op met uw installatie- of onderhoudsbedrijf om een driemaandelijkse inspectie van het brandalarmsysteem uit te voeren. Tijdens de inspectie moet ten minste één detector per groep worden getest en moet worden gecontroleerd of de centrale op alle storingen en alarmgebeurte- nissen reageert.
Menustructuur Tabel 11: Menu Operator-niveau voor brandmeldcentrales Menu niveau 1 Menu niveau 2 Menu niveau 3 Test Gebruikersinterface test Indicatie-LED test Toetsenbord test LCD-test Rapporten Logboek Alles weergeven Opgelet Revisie Firmware-revisie Configuratierevisie Serienummers Contact informatie Groep status Melder status Paneel I/U status Uitgangsgroepen status Regel status Netwerk status...
Regelgeving Europese normen voor brandcontrole- en brandmeldapparatuur Deze centrales zijn ontworpen in overeenstemming met de Europese normen EN 54-2 en EN 54-4. Daarnaast voldoen zij aan de volgende optionele vereisten uit de norm EN 54-2. Tabel 13: Optionele vereisten EN 54-2 Option Beschrijving Uitgang naar brandalarmmelders [1]...
0832 2831 Fabrikant Carrier Manufacturing Poland Spółka Z o.o., Ul. Kolejowa 24, 39-100 Ropczyce, Poland. EC-geautoriseerde vertegenwoordiger: Carrier Fire & Security B.V., Kelvinstraat 7, 6003 DH Weert, Netherlands. Jaar van eerste CE-markering Jaar van eerste UKCA- markering Prestatieverklaringnummer Centrales met één lus...
Pagina 41
EN 54-13 Europese compatibiliteitsevaluatie van systeemonderdelen Deze centrales zijn een onderdeel van een gecertificeerd systeem zoals beschreven in de norm EN 54-13, bij installatie en configuratie voor gebruik in overeenstemming met EN 54-13 zoals beschreven door de fabrikant in de bijbehorende installatiedocumentatie.