SATEL
2
I
3. Installatie van de behuizing
1. Bepaal waar de apparaten in de behuizing komen (zie Tabel 1 en Figuren 1 en 2).
2. Plaats de plastic printplaat steunen voor het bevestiging van de printen in de daarvoor
bestemde gaten van de behuizing.
3. Indien u gebruik maakt van de bevestigingselementen (DIN-rail, montageplaten), schroef
deze vast in de behuizing. Voordat u de montageplaten met schroeven vastmaakt dient
u eerst te bepalen waar de apparaten komen en de printplaat steunen te plaatsen (zie
Tabel 2 en Fig. 4.).
4. Voer de kabels door de openingen in van de behuizing.
5. Maak de behuizing met 4 schroeven vast aan het montageoppervlak.
6. Indien een uitbreiding met AC voeding gebruikt wordt, verwijder de DIN-rail en schroef in
plaats daarvan een transformator in de behuizing. Sluit de 230 V AC voedingskabels aan
op de corresponderende transformator aansluitklemmen.
Sluit nooit twee apparaten met voeding aan op één transformator.
Koppel altijd de 230 V AC voeding af voordat u de transformator aansluit.
De transformator capaciteit moet overeenkomen met de uitgangscapaciteit van
de DC voeding.
Bij het monteren van meerdere apparaten in de behuizing dient u een
berekening te maken van het totale verbruik, zodat er geen overbelasting van de
voeding optreed. De som van het maximale vermogen van de modules, inclusief
de accu laadstroom, mogen niet de voeding uitgang capaciteit overschrijden.
7. Plaats indien nodig een accu in de behuizing.
Elektronica printen zijn gevoelig voor ESD (Electrostatic Discharge =
elektrostatische ontlading) waardoor deze kunnen beschadigen. Gebruik indien
OMI-5
II
3