nl Onthardingssysteem
Waterhardheid
°dH
0 - 6
7 - 8
9 - 10
11 - 12
13 - 16
17 - 21
22 - 30
31 - 50
Opmerking: Stel het apparaat in op
de vastgestelde waterhardheid.
→ "Waterontharding instellen",
Pagina 26
Bij een waterhardheid van 0 - 6 °dH
hoeft u geen onthardingszout voor
vaatwassers te gebruiken en kunt u
de waterontharding uitschakelen.
→ "Waterontharding uitschakelen",
Pagina 27
10.2 Waterontharding instel-
len
Stel het apparaat in op de waterhard-
heid.
De waterhardheid en de gewenste
1.
instelwaarde vaststellen.
→ "Overzicht van de waterhard-
heidsinstellingen", Pagina 25
Op
drukken.
2.
Ca. 3 seconden op
3.
ken om de basisinstellingen te
openen.
a Het display geeft Hxx aan.
a Op het display wordt
geven.
Net zo vaak op
4.
de gewenste waterhardheid is in-
gesteld.
De fabrieksinstelling is H04.
Om de instellingen op te slaan, ca.
5.
3 seconden op
26
Hardheidsbereik
zacht
zacht
gemiddeld
gemiddeld
gemiddeld
hard
hard
hard
druk-
weerge-
drukken tot
drukken.
mmol/l
0 - 1,1
1,2 - 1,4
1,5 - 1,8
1,9 - 2,1
2,2 - 2,9
3,0 - 3,7
3,8 - 5,4
5,5 - 8,9
10.3 Onthardingszout
Met onthardingszout kunt u het water
ontharden.
Onthardingszout vullen
Als de indicatie onthardingszout bij-
vullen brandt, vult u het onthardings-
zout in het reservoir voor onthar-
dingszout direct voor de program-
mastart bij. Het verbruik van onthar-
dingszout is afhankelijk van de water-
hardheidsgraad. Hoe hoger de water-
hardheidsgraad, des te hoger is het
verbruik van onthardingszout.
LET OP!
Vaatwasmiddel kan de wateronthar-
ding beschadigen.
Het reservoir van de onthardings-
▶
voorziening alleen met onthar-
dingszout voor vaatwassers vullen.
De spoelmiddelhouder kan door ont-
hardingszout voor vaatwassers corro-
deren.
Om ervoor te zorgen dat gemorst
▶
onthardingszout uit de spoelmid-
delhouder wordt gespoeld, moet
het onthardingszout direct voor de
start van het programma in het re-
servoir voor onthardingszout wor-
den gevuld.
Instelwaarde
H00
H01
H02
H03
H04
H05
H06
H07