12
6. Detector test
Zorg dat de led ingeschakeld is voordat u de detector gaat testen.
Controleer of de led aangaat:
• magneetcontact: na verwijdering van de magneet bij de detector vandaan (openen raam
of deur).
• trildetector: na een zware klap tegen de oppervlakte die door de trildetector beveiligd
wordt.
Het bereik van de trildetector is afhankelijk van het type oppervlak waarop de detector
geïnstalleerd is. Het gespecificeerde detectiebereik (tot 3 m) moet als een geschatte
waarde worden beschouwd. Het actuele bereik dient te worden getest.
• waterdetector: na onderdompeling van de watersensor in water.
Als een detector is aangesloten op de Z1-ingang, controleer dan of de led op de XD-2L
detector aangaat wanneer die detector wordt geactiveerd.
7. Specificaties
Voedingsvoltage ................................................................................................. 12 VDC ±25%
Stand-by verbruik .......................................................................................................... 11,5 mA
Maximaal verbruik ........................................................................................................... 15 mA
Uitgangen
EOL alarm (NC relais, resistieve belasting) ................................................. 40 mA / 24 VDC
S alarm (NC relais, resistieve belasting) ...................................................... 40 mA / 24 VDC
Relais contact weerstand
EOL alarmuitgang .......................................................................................................... 16 Ω
XD-2L
SATEL