De grasvanger controleren.
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren
Na de eerste 8 bedrijfsuren
1.
Controleer de bovenste buis, onderste buis, de
kap van de grasvanger en de blazerconstructie.
Opmerking:
Vervang deze onderdelen als zij
gebarsten of gebroken zijn.
2.
Controleer de zakken, het frame van de
grasvanger en het scherm.
Opmerking:
Vervang onderdelen die
gebarsten of gebroken zijn.
3.
Draai alle moeren, bouten en schroeven goed
aan.
De maaimessen
controleren
1.
Controleer de maaimessen regelmatig, en altijd
als het mes een vreemd voorwerp heeft geraakt.
2.
Versleten en beschadigde messen
moet u vervangen. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van uw maaimachine
voor het volledige onderhoud van de messen.
Stalling
Opslag van de grasvanger
1.
Reinig de grasvanger; zie De grasvanger
reinigen.
2.
Controleer de grasvanger op beschadiging; zie
De grasvanger controleren.
3.
Zorg ervoor dat de graszakken leeg en volkomen
droog zijn.
4.
De grasvanger moet worden opgeslagen in
een schone en droge ruimte, buiten het bereik
van direct zonlicht. Dit beschermt de kunststof
onderdelen en verlengt de levensduur van de
grasvanger. Als u de grasvanger buiten moet
opslaan, wordt u geadviseerd deze af te dekken
met een weerbestendig dekzeil.
26