Download Print deze pagina

Rain Bird WiFi Smart Controller RC2-230V Gebruikershandleiding pagina 2

Advertenties

NL
NEDERLANDS
WiFi Smart Controller
Gebruikershandleiding
Voorzieningen
Maximum stations
Automatische programmas
Starttijden per programma
Aangepaste irrigatiedagen
Aansluiting Hoofdklep
Regen Vertraging
Regen/Vries sensor Aansl.
Seizoensinstellingen
Manueel starten per station
Manueel starten programma
Manuele test alle stations
Geavanceerd station
Ingebouwde WiFi
AP Hotspot
Installatie
Als je een Bestaande Regelunit Vervangt
1. Neem een foto van de bedrading, dit helpt je bij het opnieuw installeren van je
nieuwe regelunit.
2. Haal het netsnoer uit het stopcontact en koppel de draden los van de Regelunit.
Monteer de Nieuwe Regelunit
1. Kies een montageplaats aan een muur op min. 4.5 m afstand van grote apparaten
of airconditioners. Zorg ervoor dat er zich een stopcontact in de buurt van de
montageplaats bevindt.
WAARSCHUWING
Installeer de regelunit met de uitgangszijde van het netsnoer naar beneden gericht om
binnendringen van water te voorkomen.
2. Draai een montageschroef in de muur en laat
een opening van 3.2 mm tussen de schroefkop
en het muuroppervlak (gebruik indien nodig
meegeleverde muurankers).
3. Zoek de sleutelgatsleuf aan de achterkant van
de regelunit en hang deze voorzichtig aan de
montageschroef.
4. Verwijder het deksel van de draadsleuf op het
onderste deel van de regelunit en draai een
2de schroef door het open gat en in de muur
(gebruik eventueel meegeleverde muurankers).
Sluit Klepbedrading Aan
1. Leid alle velddraden door de opening aan de
onderkant van de regelunit, met het deksel van
de draadschacht verwijderd.
WAARSCHUWING
Leid de klepdraden NIET door dezelfde opening als de stroomdraden.
2. Sluit een draad van elke klep aan op een van de genummerde zoneklemmen (1–8) op
de regelunit.
NOTIE
Sluit NIET meer dan één klep aan op dezelfde zoneklemmen (1–8).
3. Sluit een gemeenschappelijke draad aan op de gemeenschappelijke klem (C) op de
regelunit.
4. Voor aansluiting van optionele
accessoires (regen- of regen-/
vorstsensor, hoofdklep, pompstart
relais), raadpleeg het betreffende
hoofdstuk in deze handleiding.
Omschrijving
8
3
4
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
2
3.2 mm
4
RESET
24VAC
ACCESSORY
CONNECT
120 VAC
2
STATUS
AUTO
OFF
MANUAL
NEXT
RESET
C M
1
2
3
4
5
6
7
8
24VAC
SEN S
ACCESSORY
CONNECT
120 VAC
1
Vaste Voedingskabel Aansluiten
WAARSCHUWING
• Zorg ervoor dat de toevoerstroom losgekoppeld is voordat u de bedrading vervangt.
• De installatie moet voorkomen dat de verbinding wordt overbelast.
• Bij gebruik van vaste bedrading naar de hoofdvoeding, moet de installatie een
ontkoppelingsvoorziening bevatten.
• Sluit de stroom NIET aan totdat u alle draadverbindingen hebt voltooid en gecontroleerd.
• Probeer NIET om 2 of meer regelunits aan elkaar te koppelen met 1 enkele transformator.
1. VOOR MODEL RC2-AUS, ARC8-AUS en ARC8-230V: Indien gewenst, kan het
meegeleverde netsnoer worden verwijderd en vervangen door aangepaste bedrading.
2. Verwijder het deksel van de draadsleuf aan de onderkant van de regelunit.
3. Zoek de transformatorbehuizing in de linkerhoek van het draadcompartiment en en
schroef het deksel van deze behuizing los.
4. VOOR MODEL RC2-AUS, ARC8-AUS en ARC8-230V: Schroef het aansluitblok los
waarmee de stroomkabel en de transformatordraden zijn verbonden. Verwijder de
draden van het netsnoer uit het blok.
5. VOOR MODEL RC2-AUS, ARC8-AUS en ARC8-230V: Verwijder het in de fabriek
geïnstalleerde netsnoer door de vloeistofdichte snoerconnector los te maken.
6. Leid de 3 draden van een externe stroombron naar het bedradingscompartiment.
7. Sluit de externe voedingsdraden aan met behulp van het klemmenblok en maak de
vloeistofdichte kabelconnector en trekontlasting van de verbindingen weer vast.
Bedrading Aansluiting 230 V ∿
• Bruine voedingsdraad (line) naar de bruine transformatordraad (L).
• Blauwe voedingsdraad (neutraal) naar de blauwe transformatordraad (N).
• Groen/Gele toevoerdraad (aarding) naar de groen/Gele transformatordraad.
Regen/Vries Sensor Aansluiten (optioneel)
NOTIE
• Verwijder de overbruggingsdraad
NIET tenzij u een regen- of regen-/
vorstsensor aansluit. De regelunit
werkt NIET als de overbruggingsdraad
is verwijderd en er geen regen- of
regen-/vorstsensor is aangesloten.
• Rain Bird regelunits zijn alleen
compatibel met normaal gesloten
regen- of regen-/vorstsensoren.
• Controleer de plaatselijke en/of
staatsvoorschriften om te bepalen
of een regen- of regen-/vorstsensor
vereist is.
1. Verwijder de gele overbruggingsdraad
van de SENS-klemmen op de
regelunit.
2. Sluit beide regen- of regen-/
3
vorstsensordraden aan op de
SENS-klemmen.
3. Raadpleeg de installatie-instructies van de fabrikant van de sensor voor gedetailleerde
installatie en bediening van deze sensor.
Hoofdklep Aansluiten MV (optioneel)
WAARSCHUWING
Geleid de hoofdklepdraden NIET door dezelfde opening als de stroomdraden.
STATUS
1. Sluit één van de draden van de hoofdklep aan op de hoofdklepklem (M).
AUTO
OFF
MANUAL
NEXT
NOTIE
C M
1
2
3
4
5
6
7
8
SENS
Sluit NIET meer dan één klep aan op de hoofdklepklem (M).
2. Sluit de resterende draad van de hoofdklep aan op de gemeenschappelijke klem (C).
1
C M
24V AC
SENS
AUTO
OFF
RESET
24VAC
SEN S
C M
1
2
ACCESSORY
CONNECT
120 VAC
2
STATUS
AUTO
OFF
MANUAL
NEXT
RESET
C M
1
2
3
4
5
6
7
8
24VAC
SEN S
ACCESSORY
CONNECT
120 VAC
STATUS
AUTO
OFF
MANUAL
NEXT
9 10 11 12
RESE T
C M
1
2
3
4
5
6
7
8
24VAC
SEN S
ACCESSORY
CONNECT
120 VA C
2
S
1
MV
HOOFD
KLEP
C
STATUS
MANUAL
NEXT
3
4
5
6
7
8
35

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Wifi smart controller rc2-ausWifi smart controller arc8-230vWifi smart controller arc8-aus