Bedieningspaneel
A. LED-display
B. Func-knop
C. Omhoog-knop
Bedieningsmodus
De fixtures worden individueel aangestuurd via een datalink en aangesloten op de controller.
De fixtures reageren op het DMX-signaal uit de controller.
DMX-adrestoewijzing
Met het bedieningspaneel op de voorkant van de voet kunt u het DMX-fixtureadres toewijzen. Dit is het
eerste kanaal waarmee de Galactic zal reageren op de controller.
Merk op dat het apparaat beschikt over 10 kanalen als u de controller gebruikt.
Zorg dat u de DMX-adressen goed instelt als u meerdere Galactics gebruikt.
Het DMX-adres van de eerste Galactic dient daarom 1(001)te zijn, het DMX-adres van de tweede
Galactic moet 1+10=11 zijn, het DMX-adres van de derde Galactic 11+10=21, enz.
Voorkom overlappende kanalen, om elke Galactic correct aan te kunnen sturen. Als er twee of meer
Galactics eenzelfde adres hebben, zullen deze gelijktijdig werken.
Zie de instructies onder "Adres toewijzen" voor adresinstellingen (menu d001)
Gebruik:
Nadat u een adres hebt toegewezen aan alle Galactics, kunt u beginnen deze te gebruiken via uw
verlichtingscontroller.
Opmerking: Na het inschakelen detecteert de Galactic automatisch of er DMX 512-data ontvangen
wordt.
Het probleem is mogelijk:
• De XLR-kabel van de controller is niet aangesloten op de ingang van het apparaat.
• De controller is uitgeschakeld of defect, de kabel of de aansluiting is defect of de signaalkabels in de
invoerstekker zijn omgewisseld.
Opmerking: U moet een XLR-eindplug (met 120 Ohm) in de laatste fixture plaatsen voor goede
gegevenstransmissie over de DMX-datalink.
D. Omlaag-knop
E. Enter-knop
10
Afb. 5