Werkingsmodus relais 2
Gebruik magneetsleutel of code (werkingsmodus 32)
Gebruik magneetsleutel en code (werkingsmodus 31)
Gebruik magneetsleutel (werkingsmodus 30)
Wanneer een magneetsleutel of openingscode al ingegeven is in het codeklavier voor relais 1 kan je niet dezelfde
magneetsleutel of openingscode invoeren op hetzelfde relais. Maar het kan wel om dezelfde magneetsleutel of
openingscode ook in te geven voor relais 2.
11. Toevoegen en verwijderen van gebruikers met magneetsleutel of code
(werkingsmodus 32) voor RELAIS 1
11.1. Instellen van werkingsmodus 32 voor relais 1
(deze modus is de standaard fabrieksinstelling)
(zo kunt u relais 1 bedienen met een magneetsleutel of met een code)
Voorbeeld: (instellen werkingsmodus 32 voor relais 1)
*
888888
312
Opgelet !!! Deze instelling dient niet steeds herhaald te worden bij volgende programmeringen.
11.2. Toevoegen van een openingscode
De identificatieplaats is een nummer tussen 1 en 1100. De code bestaat uit 4-8 cijfers tussen 0000 – 99999999 met
uitzondering van 1234 dat niet mag gebruikt worden. Gebruikers kunnen altijd toegevoegd worden zonder het verlaten van
de programmeermodus.
Voorbeeld: (toevoegen van de openingscode '8971' met als identificatieplaats '1')
*
888888
1
1
8971
Voorbeeld: (toevoegen van meerdere openingscodes tegelijkertijd)
Openingscode is '8971' met als identificatieplaats '1'
Openingscode is '3274' met als identificatieplaats '985'
*
888888
1
1
8971
985
3274
#
#
*
#
#
#
*
*
#
#
#
#
#
*
*
3
2
2
#
3
2
1
#
3
2
0
#
5