Installatie
1. Graaf een funderingsgeul waarbij u rekening moet houden met de afmetingen van de
tegenfunderingsplaat (fig. 2).
2. Leg de kabelgoten voor de voedingskabels en de leidingen voor de externe aansluitpunten in de
geul.
3. Controleer of de kabelgoten en de tegenfunderingsplaat volledig horizontaal liggen en dek ze
vervolgens met beton af.
Maak de meegeleverde verankeringsplaat met de meegeleverde moeren op de tegenfunderingsplaat
vast en stel de positie van de motorreductieaandrijving af met behulp van de gleuven die in de
plaat zitten (Fig. 1). Zorg ervoor dat er altijd 2 mm speling tussen de tandheugel en het tandwiel zit
zodat het gewicht van het hek geen belasting voor de motorreductieaandrijving vormt.
Als het hek van een solide fundering van beton voorzien is kan de motorreductieaandrijving
rechtstreeks aan de grond verankerd worden (zonder tegenfunderingsplaat) met 4 stevige
expansiepluggen.
N.B. Houd de maten die op fig. 3 aangegeven zijn zorgvuldig aan.
Maatschets
Fig. 2
Fig. 1
Fig. 3