•
Het kabeltracé moet worden aangelegd volgens
de gebruikelijke professionele standaarden
•
De kabelgoot is gemaakt van koperkabel met
een maximale geleidertemperatuur van ten-
minste 90 °C
•
OPMERKING
De omstandigheden op de locatie kunnen de in-
stallatievereisten beïnvloeden.
Tijdens het kiezen van de installatielocatie dient u
rekening te houden met het volgende:
•
Nooit installeren in een potentieel explosieve
atmosfeer
•
Nooit installeren in gebieden die mogelijk kun-
nen overstromen
•
Voldoe volledig aan lokale technische vereisten
en veiligheidsregels
•
Het installatieoppervlak moet een vlakke en
stevige ondergrond hebben
•
Maximale luchtvochtigheid van 95% (niet-con-
denserend)
•
Omgevingstemperatuur van -25 °C tot 40 °C
•
Temperatuurverschil binnen 24 uur < 35 °C
•
De aanbevolen installatiehoogte is 50 tot 150
cm van de grond tot de onderkant van de be-
huizing
•
De laaduitgang op het voertuig moet eenvoudig
te bereiken zijn met de bevestigde laadkabel of
de kabel die voor het laden wordt gebruikt. De
laadkabel mag niet onder spanning staan als
deze aan het voertuig is bevestigd.
•
Het moet onmogelijk zijn om over de kabel
heen te rijden
3.3 Mechanische installatie
Gebruik de volgende gereedschappen en materia-
len om de ICU Compact Mini te installeren:
•
Waterpas
•
Klopboormachine
•
Kruiskopschroevendraaier schroefmaat M5
•
Torx schroevendraaier M5 (T25)
•
Potlood en het bijgesloten boorsjabloon
•
Draadstriptang
•
4 x M5 x 30 mm schroeven
•
4 x M5 x 30 mm pluggen
•
4 x M5 ringen
Wandmontage: Boor met het boorsjabloon
OPMERKING
Controleer de aangegeven maten met een
meetlint of rolmaat.
De afstanden tussen de boorgaten zijn 99 mm
(breedte) en 155,5 mm (hoogte).
1. Knip het boorsjabloon uit de kartonnen verpak-
king
2. Plaats het boorsjabloon op de gewenste locatie
3. Controleer met een waterpas of het sjabloon
recht is aangebracht
4. Teken de boorgaten af met het sjabloon
5. Boor gaten op de afgetekende punten
6. Controleer de geboorde gaten
Paalmontage: Installeer de paal met de beton-
sokkel (optioneel):
1. Graaf een gat van 50x50cm met een diepte van
50cm
2. Plaats de paal in het gat
3. Geleid de aardingsdraad door de sokkel naar
het laadstation
4. Vul het gat op en egaliseer de grond
5. Bedek dit gebied nadien met een egale bekle-
ding (bv. tegels)
Het laadstation installeren
7
NL