Oude batterij 8 onder beugel 6
vandaan schuiven.
Oude batterijen overeenkom-
stig de wettelijke voorschriften
afvoeren, batterij niet bij het
huisvuil gooien.
Batterijen van het verkeer-
de type, resp. omgekeerde
polariteit van de batterijen kun-
nen het apparaat onherstelbaar
beschadigen.
Voorgescheven batterij gebruiken
(zie "Technische gegevens"). Bij
het plaatsen van de batterij op de
juiste polariteit letten.
Nieuwe batterij aanbrengen;
daarbij erop letten, dat de plus-
pool van de batterij zich aan de
bovenkant bevindt.
Onderste deel van het huis aan
de nok 9 van de voorzijde aan-
brengen en sluiten; daarbij op
de beide geleidepennen 7 let-
ten.
Schroef 4 aanbrengen.
De LED van de afstandsbedie-
ning brandt; dit betekent dat de
afstandsbediening gesynchroni-
seerd moet worden.
Om de afstandsbediening te
synchroniseren binnen het be-
reik van de ontvanger twee-
maal de toets 1 indrukken.
LED 3 begint te knipperen en
dooft na enkele seconden.
De afstandsbediening is weer
klaar voor gebruik.
3
19
z