Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Nibe Contura Ci6 Installatie-Instructies pagina 6

Inhoudsopgave

Advertenties

NL
118
INZET INBOUWEN
Inzet inbouwen
Bij inbouw van de inzet moeten aangrenzende wanden, die niet als brandmuur zijn geclassificeerd of om een andere reden als ongeschikt
voor warmtebelasting worden beoordeeld, door onbrandbaar bouwmateriaal worden beschermd. Zie de onderstaande specificatie.
Alle verbindingen in het onbrandbare bouwmateriaal moeten worden afgedicht met een door de fabrikant goedgekeurde methode. De
ruimte tussen de inzet en de inbouw moet worden geventileerd volgens de specificatie/maatschetsen.
Zie voor een bovenaansluiting op een stalen schoorsteen de montage-instructies voor het resp. merk. Houd u aan de geldende eisen wat
betreft de stalen schoorsteen t.a.v. de veiligheidsafstand tot brandbare materialen. De warmtestraling door de deur is sterk en daarom mag
er geen brandbaar materiaal dichter dan 1 m vóór de deur worden geplaatst. Bij inbouwen mag het bouwmateriaal niet direct in contact
komen met de inzet. Dit heeft met de expansie van de inzet door warmte te maken.
Materiaaleisen
Het bouwmateriaal mag niet brandbaar zijn.
De warmtegeleiding
λ
mag maximaal 0,14 W/mK zijn.
Het bouwmateriaal moet altijd een minimale dikte van 100 mm hebben.
Als de isolatie-eigenschappen van het bouwmateriaal als een U-waarde staan vermeld, mag deze maximaal 1,4 W/ m²K zijn.
Lijst van geschikte materialen:
λ
Gasbeton:
= 0,12-0,14
Vermiculiet:
λ
= 0,12-0,14
λ
Calciumsilicaat:
= 0,09
Warmteschild
Als de inbouw tot het plafond moet reiken, moet een warmteschild bovenop de convectieluchtuitlaat worden geplaatst. Op die manier
verzamelt de warme lucht zich niet bij het plafond in de inbouw. De afdichting mag maximaal 100 mm boven de bovenkant van de
convectieluchtuitlaat liggen en moet zijn gemaakt van een 20 mm dikke calciumsilicaat bouwplaat of een plaat met minimaal 50 mm dik
steenwol er bovenop.
Convectielucht
De convectielucht ventileert de omlijsting, koelt de inzet en brengt de warmte in de ruimte. De totale effectieve dwarsdoorsnede mag
omhoog of omlaag niet onder de vermelde waarden komen. De luchtinlaat moet ergens tussen het vloerniveau en de bodem van de inzet
zitten, naar voren of aan de zijkanten van de inbouw. De luchtuitlaat moet boven het hoogste punt van de inzet zijn geplaatst, naar voren of
aan de zijkanten van de inbouw.
Als de luchtinlaat of -uitlaat aan de zijkanten wordt geplaatst, moeten de oppervlakken aan de linker- en rechterkant even groot zijn
om te garanderen dat de inzet gelijkmatig wordt gekoeld.
Houd de minimale afstand tot het plafond aan.
Convectielucht in: 200 cm²
Convectielucht uit: 200 cm²
Dragende sokkel
Controleer of de convectiebox op een sokkel wordt geplaatst met voldoende draagvermogen voor kachel en schoorsteen. De schoorsteen
mag de inzet met max. 100 kg belasten. De sokkel mag de convectieluchtstroom in het gebied tussen inzet en inbouw niet hinderen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave