5- Gebruik
5,6
5.7.1
Fridge
5.7.2
Freezer
3 Sec. Super-Frz.
Opgelet: Conflict met andere functies
De temperatuur in het overeenstemmende vak kan niet worden aangepast als een an-
dere functie (Super-Freeze of Vakantie) wordt ingeschakeld of als het scherm vergren-
deld is. De overeenstemmende indicator knippert samen.
14
5.6 Deur opening alarm
Als de deur van de koelkast wordt geopend geduren-
de meer dan 1 minuten weerklinkt het openingsalarm
(Afb. 5.6). Het alarm kan worden uitgeschakeld door
de deur te sluiten. Als de deur open wordt gelaten ge-
durende meer dan 7 minuten schakelt het licht in de
koelkast automatisch uit en de verlichting van het be-
dieningspaneel schakelt automatisch uit.
5.7 De temperatuur aanpassen
De interne temperaturen worden beïnvloed door de
volgende factoren:
▶
▶
▶
▶
5.7.1 De temperatuur van de koelkast
aanpassen
2
°C
3
1. Ontgrendel het paneel door de "D" toets aan te
4
2. Raak de "A" toets (Koelkast) herhaaldelijk aan tot
5
6
8
3. Na een aantal seconden licht de temperatuurin-
5.7.2 De temperatuur van de koelkast
aanpassen
-16
°C
1. Ontgrendel het paneel door de "D" toets aan te ra-
-18
-20
2. Raak de "B" toets (Diepvriezer) herhaaldelijk aan
-22
-24
3. Na een aantal seconden licht de temperatuurindi-
Omgevingstemperatuur
Regelmaat van het openen van de deur
Hoeveelheid opgeborgen etenswaren
Installatie van het apparaat
raken als het vergrendeld is (Afb. 5.5.1).
de gewenste waarde van de temperatuurindicator
"a" knippert (Afb. 5.7.1).
De optimale temperatuur in de koelkast is 5 °C.
Koudere temperaturen resulteren in onnodig
energieverbruik.
dicator "a" voortdurend op en de instellingen wor-
den bevestigd.
ken als het vergrendeld is (Afb. 5.5.1).
tot de gewenste waarde van de temperatuurindi-
cator "b1" knippert. (Afb. 5.7.2).
De optimale temperatuur in de diepvriezer is
-18°C. Koudere temperaturen resulteren in onno-
dig energieverbruik.
cator "b1" voortdurend op en de instellingen wor-
den bevestigd.
NL