Instellingen
4
Selecteer de printerinvoegtoepassing en tik op de schakelaar om deze functie in te schakelen.
Het apparaat zoekt automatisch naar printers die zijn verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk
als uw apparaat.
5
Selecteer een printer die u wilt toevoegen.
Als u handmatig printers wilt toevoegen, tikt u op → Printer toevoegen.
Inhoud afdrukken
Terwijl u inhoud, zoals afbeeldingen of documenten, bekijkt, opent u de lijst met opties, tikt u op
Afdrukken →
→ Alle printers en selecteert u een printer.
Afdrukmethoden kunnen verschillen afhankelijk van het type inhoud.
Geluiden en trillen
Opties
U kunt de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op Geluiden en trillen.
• G eluidstand: instellen dat het apparaat de geluidstand, de trilstand of de stille stand gebruikt.
• T rillen bij inkomende oproep: instellen dat bij inkomende oproepen zowel een beltoon als een
trilsignaal wordt gebruikt door het apparaat.
• B eltoon: de beltoon voor oproepen wijzigen.
• T rilpatroon: een trilpatroon selecteren.
• M eldingsgeluiden: het meldingsgeluid wijzigen.
• V olume: het volume voor beltonen, muziek, video's, systeemgeluiden en meldingen instellen.
• G ebruik volumetoetsen voor media: het apparaat instellen voor het aanpassen van het
volumeniveau van media bij het indrukken van de volumetoets.
128