U kunt een actieve oproep beëindigen
op het ene verbonden apparaat en de
oproep in de wachtstand activeren
op het andere apparaat door op de
multifunctionele toets te drukken.
U kunt overschakelen tussen de
actieve oproep op het ene apparaat
en de oproep in de wachtstand op het
andere apparaat door de multifunc-
tionele toets ongeveer 2 seconden
ingedrukt te houden.
Lampjes in- of uitschakelen
Standaard worden de indicatorlamp-
jes onder alle omstandigheden weer-
gegeven. Als u de lampjes in sommige
gevallen wilt uitschakelen (tijdens een
gesprek bijvoorbeeld, of wanneer de
headset is verbonden met een mobiel
apparaat) houdt u de multifunctionele
toets ingedrukt en schuift u de volu-
metoets omlaag, waarbij u deze onge-
veer 5 seconden ingedrukt houdt
terwijl de headset is verbonden met
een apparaat. Het indicatielampje
knippert eenmaal geel.
Als u de indicatorlampjes weer wilt
inschakelen, houdt u de multifunctio-
nele toets ingedrukt en schuift u de
volumetoets omhoog, waarbij u deze
ongeveer 5 seconden ingedrukt houdt.
Het indicatielampje knippert eenmaal
groen.
Instellingen wissen of standaard-
instellingen herstellen
Als u alle instellingen voor de headset
wilt wissen (waaronder de instellingen
die u heeft gedefinieerd met de
toepassing Nokia Accessory Setup
Application), schakelt u de headset uit
en houdt u de multifunctionele toets
ongeveer 8 seconden ingedrukt. Er
klinken twee pieptonen en het indica-
tielampje knippert afwisselend rood
en groen. De koppelingsmodus wordt
op de headset gestart nadat de instel-
lingen zijn gewist.
NEDERLANDS