8
PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
8.1 Geen pellettoevoer
De kachel voert geen pellets aan.
Mogelijke oorzaken:
• Eén van de beveiligingssensoren is ingeschakeld, dit kan de
maximaal thermostaat (zie component § 10.6) zijn of de
drukwachter (zie component § 10.5).
• De vijzelmotor (zie component § 10.3) is defect.
• De vijzel (zie component § 10.4) zit vast of is geblokkeerd.
• Geen pellets in de pelletbak.
8.2 Geen ontsteking
De kachel meet hiervoor doormiddel van de rookgas
temperatuursensor (component § 10.11) de
temperatuurstijging van de rookgassen. Als deze niet snel
genoeg stijgen geeft de kachel deze storing. Hiervoor dient
er een onderscheid gemaakt te worden tussen wel of geen
ontsteking.
Er is daadwerkelijk geen ontsteking en geen vuur.
Mogelijke oorzaken:
• De gloeibougie is defect (zie component § 10.7 Gloeibougie)
• Te weinig zuurstof. Dit kan verschillende oorzaken hebben:
- D e kachel is verstopt en heeft onderhoud nodig
(zie § 7.3 Jaarlijks onderhoud)
- De rookgasventilator (§ 10.8) draait niet hard genoeg en
zuigt te weinig af.
- Er is teveel onderdruk in huis. Voorbeelden van oorzaken
zijn; te weinig ventilatie, mechanische centrale afzuiging,
afzuigkap in de keuken. U kunt dit controleren door
eens een raam open te zetten in de buurt van de kachel.
Brandt de kachel dan wel goed dan heeft u teveel
onderdruk in huis.
Er is wel vuur en ontsteking maar de kachel meet onvoldoende
rookgastemperatuur. Mogelijkheden oorzaken:
• Rookgastemperatuursensor (§ 10.11) defect.
• De ontsteking duurt te lang. Een oplossing is de snelheid
van de rookgasventilator en de pellettoevoer wat
te verhogen.
Installatie-instructie
8.3 Pelletkachel wordt te heet
Als de pelletkachel te heet wordt gaat hij in storing en
geeft vervolgens ERROR 6 (zie § 9.3 Error 6) weer op het
display. De maximaalthermostaat (zie § 10.6) schakelt dan in.
Dit kan verschillende redenen hebben:
• De verbranding is te heet. Dit kan veroorzaakt worden door
pellets met teveel energie. De pellettoevoer dient naar
beneden afgesteld te worden.
• De rookgasventilator (zie § 10.8) kan onvoldoende
rookgassen en dus warmte afvoeren. Controleer of de
brandpot schoon is. Het kan ook zijn dat de pelletkachel
onderhoud nodig heeft.
• De pelletkachel is afgedekt. Als de pelletkachel is afgedekt
kan deze zijn warmte niet meer kwijt.
• De convectieventilator is kapot (zie § 10.9). U voelt de
kachel niet meer blazen. Dit gaat alleen op voor uitvoeringen
met convectieventilator.
8.4 Het wordt te warm in de woning
De temperatuur in de woning loopt verder op dan u heeft
ingesteld. Dit kan verschillende oorzaken hebben:
• De kachel heeft te veel vermogen in P1. Dit is in de
meeste gevallen de oorzaak, er is niets mis met de kachel.
U heeft de kachel ingesteld op bijvoorbeeld 20°C maar de
temperatuur loopt veel verder op. Controleer of de kachel
daadwerkelijk terug moduleert naar P1. Bedenk dat een
pelletkachel ongeveer 3kW warmte geeft in de laagste
stand. Dit betekent dat in een kleine en/of goed geïsoleerde
ruimte de temperatuur blijft oplopen zolang u de kachel aan
laat staan. Als u niet wilt dat de temperatuur verder stijgt,
zorg dan voor voldoende ventilatie of schakel de kachel uit.
• De ruimtetemperatuursensor (§ 10.12) kan verkeerd liggen,
wanneer deze op de vloer ligt of tegen de muur aan, dan
zal hij de temperatuur van de muur of van de vloer meten in
plaats van de ruimtetemperatuur.
• De ruimtetemperatuursensor (§ 10.12) is defect. In dit geval
zal de kachel de temperatuur niet goed kunnen lezen en hier
op reageren.
13
Trimline Woody Loft Pellet