Configuratie
(7) Nadat u de hierboven beschreven instelling hebt uitgevoerd en het
product en de router (toegangspunt draadloze LAN) verbonden zijn, zal het
lampje [RUN] branden. Indien dit lampje meer dan een minuut knippert,
controleer of de router (toegangspunt draadloze LAN) wel degelijk onder
spanning staat, controleer de netwerknaam en het wachtwoord en voer
de procedure opnieuw uit vanaf het begin.
* Om de WLAN-verbinding
handmatig in te stellen,
druk op [Advanced network
setting], schakel Automatic
IP address uit, vul de
gevraagde informatie van
uw wifi-router in en druk
daarna op [Set] en vervolgens
op [Connect] en volg de
instructies op de smartphone.
Ga vervolgens verder zoals
beschreven in stap (7).
5
Verbind de smartphone (of tablet-PC) en
de router (toegangspunt draadloze LAN).
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de router (toegangspunt
draadloze LAN) voor meer bijzonderheden.
Voor meer bijzonderheden, raadpleeg de gebruiksaanwijzing op onze
startpagina.
Nederlands 16
Gedeelte
verbindings-
instellingen