Alarmen en storingen
De alarmen zijn:
Disconnectie en lekkage hoog: hierbij is óf de slang losgeschoten, óf het masker
losgeraakt van het gezicht
Min Vol laag: het toestel krijgt te weinig lucht ingeblazen, dit kan optreden
wanneer de luchtweg geblokkeerd raakt, bijvoorbeeld wanneer de tong naar
achteren in de keel zakt
Frequentie hoog: wanneer het toestel te gevoelig staat ingesteld kan het zijn dat
deze te snel achter elkaar beademt, wat kan leiden tot kunstmatige hyperventilatie.
Wanneer een alarm gaat, kan dit onderdrukt worden met de
(figuur 2), maar het eindigt ook vanzelf wanneer het probleem is verholpen.
Neem wanneer een van deze alarmen vaker voorkomt contact op met het CTB.
Omgang met zuurstof
Zuurstofconnector (nr. 18 op figuur 1) wordt bevestigd in O
figuur 1)
Gebruiksaanwijzing van het zuurstof-invoersysteem in acht nemen
Zuurstofbronnen op een afstand van meer dan 1 meter van het apparaat opstellen
Aan het einde van de therapie de zuurstoftoevoer uitzetten en het apparaat kort
door laten lopen om resterende zuurstof uit het apparaat te spoelen
Alarmbevestigingstoets
aansluiting (nr. 8. op
2