Advertenties
•
Automatische kalibratie.Gebruik deze optie als u wilt dat de logger
automatisch wordt gekalibreerd binnen de eerste 24 uur nadat het
loggen is begonnen en daarna elke acht dagen. De logger wordt
gekalibreerd op basis van het gemiddelde van de drie CO
die volgen op de laagste CO
waarde geïdentificeerd tijdens de periode
2
van 24 uur of 8 dagen, naargelang het geval.
Belangrijk:Nauwkeurige automatische kalibratie vereist dat het
gebouw of de locatie waar de logger wordt ingezet minimaal één keer
leeg is gedurende de periode van acht dagen (een leeg
kantoorgebouw tijdens het weekend of 's nachts heeft bijvoorbeeld
doorgaans achtergrond CO
niveaus van 400 tot 450 ppm).
2
Als de logger wordt ingezet in een gebied waar de CO
daalt tot 400 ppm gedurende de periode van acht dagen, dan moet in
plaats daarvan regelmatig handmatige kalibratie worden uitgevoerd
of onnauwkeurige CO
meetwaarden worden gerapporteerd. Als u van
2
plan bent automatische kalibratie te gebruiken, maar het gebouw zal
de eerste dag na het begin van het loggen bezet zijn, dan kunt u ook
de handmatige kalibratieoptie gebruiken. U kunt de logger direct na
het begin van het loggen handmatig kalibreren en daarna
automatische kalibratie gebruiken. Opmerking:Elke keer dat de
logger wordt gestart, vindt automatische kalibratie plaats na 24 uur en
vervolgens opnieuw na acht dagen, tenzij eerst een handmatige
kalibratie wordt uitgevoerd.
•
Hoogte compensatie.De CO
onder 305 meter (1.000 voet) compenseren om een
nauwkeurige meting te geven. U moet de hoogte boven of onder
zeeniveau in meter of voet invoeren bij het configureren van de
logger als deze wordt ingezet op een locatie boven of onder
zeeniveau. Bij normaal gebruik is de CO
meting varieert met ongeveer 0,135% van de aflezing voor
elke mbar verandering in luchtdruk (de sensor is
gekalibreerd op 1.013 mbar). Gebruik hoogtecompensatie
bij het inzetten van de logger voor de beste CO
nauwkeurigheid mogelijk.
Om toegang te krijgen tot instellingen voor kalibratie en hoogtecompensatie in
de app:
1. Tik op Apparaten en tik vervolgens op de logger in de app om er verbinding mee te maken.
.
2. Tik op
3. Tik op de CO
sensor.
2
4. Selecteer automatische kalibratie, handmatige kalibratie of beide.
5. Selecteer "Hoogtecompensatie" en voer de hoogte boven of
onder zeeniveau in waar de logger zal worden ingezet in
meters of voeten.
6. Tik op Opslaan.
.
7. Tik op
Om toegang te krijgen tot instellingen voor kalibratie en hoogtecompensatie in
HOBOware:
1. Sluit de logger aan op de computer met de USB-kabel.
2. Selecteer Starten in het Device-menu in HOBOware.
3. Klik op de CO
Instellingen knop.
2
4. Selecteer automatische kalibratie, handmatige kalibratie of beide.
1-508-759-9500(VS en internationaal)
1-800-LOGGERS (alleen VS)
metingen
2
niveau niet
2
sensor moet locaties boven of
2
2
2
HOBO MX CO
5. Selecteer "Hoogtecompensatie koolstofdioxidesensor
gebruiken" en voer de hoogte boven of onder zeeniveau in
waar de logger zal worden ingezet in meters of voeten.
6. Klik op OK.
7. Klik op Start in het venster Logboek starten om de instellingen naar de logger
te laden.
Opmerking:Als zowel automatische kalibratie als handmatige kalibratie is
geselecteerd, zal de logger automatisch kalibreren binnen 24 uur nadat het loggen
is begonnen, tenzij er gedurende die tijd een handmatige kalibratie plaatsvindt.
Wanneer beide kalibratie-instellingen zijn geselecteerd, wordt bovendien de
achtdaagse kalibratiecyclus gereset telkens wanneer een handmatige kalibratie
wordt uitgevoerd.
Om de CO handmatig te kalibreren
Belangrijk:Als u deze handmatige kalibratie-instructies niet
volgt zoals beschreven, zijn de sensoruitlezingen onjuist en moet
u de logger opnieuw handmatig kalibreren.
1. Neem de logger mee naar buiten in de frisse lucht op een droge dag met een
kooldioxidegehalte van 400 ppm. U kunt ook een binnenlocatie gebruiken
voor handmatige kalibratie als deze niet bezet is en niet wordt blootgesteld
aan een ventilatiesysteem.
2. Druk 5 seconden op de knop Kalibreren op de logger totdat deze
piept. De logger zal dan gedurende 5 minuten kalibreren. De
CO
en Calibrate-symbolen op het LCD knipperen terwijl de kalibratie aan de
2
gang is. Aan het einde van de 5 minuten durende kalibratiereeks wordt een
handmatige kalibratiegebeurtenis met tijd- en datumstempel geregistreerd
in de gegevens.
3. Zodra het kalibratieproces is voltooid, plaatst u de logger terug op de
plaats waar hij wordt ingezet. Herhaal dit proces minstens eens in de
acht dagen voor de beste nauwkeurigheid.
Alarmen instellen
U kunt een alarm instellen om de logger te activeren wanneer een sensorwaarde
boven of onder een gespecificeerde waarde komt. Dit kan u waarschuwen voor
problemen, zodat u corrigerende maatregelen kunt nemen. Een sensoralarm
instellen:
1. In de app: Maak verbinding met de logger en tik op
In HOBOware: Selecteer Starten in het apparaatmenu. Klik op de
knop Alarmen in het venster Logboek starten.
2. Selecteer de sensor die u wilt instellen met een
alarmconditie.
3. Schakel het Hoog Alarm in als u wilt dat een alarm afgaat wanneer de
sensorwaarde boven de hoge alarmwaarde stijgt. Sleep de
schuifregelaar naar de meting die het alarm activeert of typ een
specifieke meting.
4. Schakel het laag alarm in als u wilt dat er een alarm afgaat wanneer de
sensorwaarde onder de lage alarmwaarde komt. Sleep de
schuifregelaar naar de meting die het alarm activeert of typ een
specifieke meting.
5. Stel de duur in voordat een alarm afgaat en selecteer een van de
volgende opties:
•
cumulatief. Het alarm zal afgaan zodra de sensoruitlezing op enig
moment tijdens het loggen buiten het aanvaardbare bereik valt voor
de geselecteerde duur. Als het hoge alarm bijvoorbeeld is ingesteld
op 85°F en de duur is ingesteld op 30 minuten, dan zal het alarm
afgaan zodra de sensorwaarden hoger zijn dan
7
Datalogger (MX1102A) Handleiding
2
sensor:
2
.
www.onsetcomp.com
Advertenties
