Access Modular Controller 2
4.6
Aarding en afscherming
Het belangrijkste aardpunt op de AMC2-4R4 is verbonden aan pen 2 van de
voedingsaansluitklem - zie Verbindingsdiagrammen, pagina 41.
Het is aan te raden om alle draden die een signaal van laag niveau dragen, af te schermen.
Met AMC2-4R4 creëert u een centraal aard- of afschermpunt, simpelweg door bepaalde
jumpers te verzetten. Stel deze jumpers alleen in als er op geen andere wijze aarding of
afscherming wordt verkregen.
Bericht!
Risico van storing
Controleer of er geen aardlussen worden gevormd.
Bericht!
Over het algemeen is het volgende van toepassing:
Als apparaten een eigen voeding hebben, dan wordt slechts één zijde afgeschermd. Het
andere uiteinde moet worden geïsoleerd om onbedoelde aanraking te voorkomen.
Als het ene apparaat wordt gevoed door een ander moet de kabel aan beide zijden worden
afgeschermd.
4.6.1
Aarding voor host-interface
A
Afbeelding 4.5: Locatie van aardjumper RS-485 host-interface
De interne aarde van de controller is altijd verbonden met de aarde van de RS-485-host.
De jumperinstelling 1 toont de fabrieksinstellingen.
Jumperinstelling A1 toont de fabrieksinstellingen.
Jumper JP1 verbindt de interne aarde van de AMC2-4R4 aan de aarde van de RS-485 host-
interface.
Jumper JP2 beheert de signaalaarde.
Instellingen voor jumper JP1:
Als de aardgeleider en de afscherming op de host niet zijn verbonden en:
–
–
Instellingen voor jumper JP2:
Bosch Access Systems B.V.
als er geen groepslijn bestaat, wordt jumper JP1 ingesteld (= A2)
als er wel een groepslijn bestaat, wordt jumper JP1 alleen op het eerste apparaat
ingesteld (= A2)
A 1:
Delivery status
A 2:
JP1
JP2
A 3:
JP1
JP2
Installation manual
Installeren | nl
19
2020-01 | V02 |