C2 - Het configureren van een hoofdcentrale of
secundaire centrale
1. Druk op de toets MENU en toon met behulp van de
toetsen
het menu Configuraties, druk op de toets
OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
• Instellingen
• Configuraties
• Namenregister
• Ontvangen oproepen
• Alarmen
2. toon met behulp van de toetsen
druk op de toets OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
• Systeem
• Diensten
3. toon met behulp van de toetsen
druk op de toets OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
Systeem
Simplebus
Link
Enkel
Oproep
Simplebus
A/V
Audio
Terugw.compatib.
Esc
4. druk op de toets OK om de instellingen te bevestigen;
f druk herhaaldelijk op de toets ESC om naar het
hoofdscherm terug te keren.
C3 - Het configureren van een centrale als enkel,
parallel of serie
1. Druk op de toets MENU en toon met behulp van de
toetsen
het menu Configuraties, druk op de toets
OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
• Instellingen
• Configuraties
• Namenregister
• Ontvangen oproepen
• Alarmen
2. toon met behulp van de toetsen
druk op de toets OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
• Systeem
• Diensten
3. toon met behulp van de toetsen
op de toets OK;
26
het menu Systeem,
het menu Systeem,
Ok
het menu Systeem,
het menu Link, druk
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
Systeem
Simplebus
Link
Enkel
Oproep
Simplebus
A/V
Audio
Terugw.compatib.
Esc
4. selecteer Enkel, Parall. LS-IN, Parall. LP-IN, Serie
master, Serie slave met de toetsen
5. druk op de toets OK om de instellingen te bevestigen;
f druk herhaaldelijk op de toets ESC om naar het
hoofdscherm terug te keren.
C4 - Oproep via Simplebus-code of indirect
Met deze functie kiest u de handmatige oproepmodus van de
centrale uit 2 verschillende werkingsmodi:
1. Simplebus-oproep (standaardinstelling), de oproep
wordt uitgevoerd door de code van elke gebruiker in te
toetsen.
»
Bij het systeemtype Simplebus wordt de gebruiker
van het intercomsysteem geïdentificeerd door een
veld Gebruikersnaam (optioneel) en door een veld
Code van maximaal 3 cijfers (tussen 1 en 240).
VOORBEELD: Naam gebruiker = Rossi; Code = 015.
»
Bij een Simplebus top-installatie wordt de gebruiker
van het intercomsysteem geïdentificeerd door de
velden Gebruikersnaam (optioneel) en door een
veld Code dat uit twee delen bestaat: zoneveld van
maximaal 3 cijfers (tussen 1 en 500) en gebruikersveld
dat verplicht uit 3 cijfers bestaat (tussen 1 en 240).
VOORBEELD: Naam gebruiker = Rossi; Code = 25
015.
2. Indirecte oproep, de oproep geschiedt door het intoetsen
van de indirecte code van maximaal 6 cijfers. Deze code
moet in het geheugen aanwezig zijn en aan de gebruiker
met een naam (verplicht) en een Simplebus- code (of
Simplebus TOP-code) worden gekoppeld).
Ga als volgt te werk om de functie te activeren:
1. Druk op de toets MENU en toon met behulp van de
toetsen
het menu Configuraties, druk op de toets
OK;
14 :15 : 26
Maan 12 Maart 12
• Instellingen
• Configuraties
• Namenregister
• Ontvangen oproepen
• Alarmen
2. toon met behulp van de toetsen
druk op de toets OK;
Ok
.
het menu Systeem,