4. INSTALLATIE
4.1. AANBEVELING VOOR MONTAGE-AFSTANDEN
De breedte van de deuropening moet even groot of smaller zijn dan de breedte van de uitblaasopening van het
luchtgordijn (of uitblaasopeningen wanneer er meerdere luchtgordijnen naast elkaar zijn geïnstalleerd).
4.2. MONTAGE MET STANGEN ONDER HET PLAFOND
Bij montage onder het plafond moeten vier draadstangen M8 in de opening worden geschroefd:
-20 mm in het geval van draadstang
-50 mm in het geval van draadstang
4.3. MONTAGE OP DE WAND MET BEUGELS
SOLANO: DESIGN-W-100; DESIGN-N-100; DESIGN-E-100; DESIGN-W-150; DESIGN-N-150; DESIGN-E-150;
DESIGN-W-200; DESIGN-N-200; DESIGN-E-200.
LET OP!
wanneer de unit wordt gemonteerd als in de bovenstaande figuur verdient het aanbeveling om een ruimte (aanbevolen 10
mm) tussen de beugel en de behuizing van het luchtgordijn vrij te houden (de beugel en de behuizing mogen elkaar niet
raken). Het verdient ook aanbeveling om de unit waterpas te hangen, zodat alle schroeven even sterk belast worden.
18
2
1
52132_MT-DTR-S-DESIGN-FR-EN-NL-PL-V1.5.docx
2
1