Beeldstabilisator
De beeldstabilisator kan de onscherpte die wordt
●
●
veroorzaakt door beweging van het onderwerp
niet compenseren.
Zet de STABILIZER-schakelaar op OFF wanneer
●
●
u foto's neemt met de Bulb-instelling (lange
belichtingstijden). Als de STABILIZER-schakelaar
op ON staat, kan de beeldstabilisatorfunctie
fouten veroorzaken.
De beeldstabilisator werkt mogelijk niet goed bij
●
●
het maken van een foto vanuit een hard op en
neer schuddend voertuig.
De Beeldstabilisator verbruikt meer stroom dan
●
●
normaal fotograferen, wat resulteert in minder
foto's en kortere filmopnamen.
De beeldstabilisator werkt ongeveer twee
●
●
seconden, ook wanneer u uw vinger niet op de
ontspanknop houdt. Verwijder het objectief niet
wanneer de beeldstabilisator aanstaat. Dit kan
resulteren in een storing.
Bij de EOS-1V/HS, 3, ELAN 7E/ELAN 7/30/33,
●
●
ELAN 7NE/ELAN 7N/30V/33V, ELAN II/ELAN II
E/50/50E, REBEL 2000/300, IX, IX Lite/IX7, en
D30 zal de beeldstabilisator niet werken wanneer
de zelfontspanner wordt gebruikt.
Bij het fotograferen van een stilstaand onderwerp
●
●
wordt gecompenseerd voor trillingen van de
camera in alle richtingen.
Bij opnamen waarbij onderwerpen in een horizontale
●
●
richting worden gevolgd, wordt gecompenseerd
voor verticale trillingen van de camera; bij opnamen
waarbij onderwerpen in een verticale richting worden
gevolgd, wordt gecompenseerd voor horizontale
trillingen van de camera.
Als u een statief gebruikt, moet u de beeldstabilisator
●
●
uitschakelen, om de batterij te sparen.
Zelfs met een monopod zal de beeldstabilisator even
●
●
effectief zijn als tijdens fotograferen vanuit de hand.
Echter, afhankelijk van de opnameomstandigheden,
zijn er gevallen waarin het effect van de
Beeldstabilisator minder effectief kan zijn.
De beeldstabilisatorfunctie werkt ook wanneer
●
●
het objectief met een EF12 II- of EF25
II-tussenstuk wordt gebruikt.
Afhankelijk van de camera die u gebruikt, kan er
●
●
een trilling in het beeld ontstaan, zoals wanneer
de sluiter dichtklikt. Dit heeft echter geen invloed
op de opname.
Als u de Custom-functie van de camera
●
●
gebruikt voor het toewijzen van een andere
toets voor de bediening van de AF, zal de
beeldstabilisatorfunctie werken wanneer u op de
nieuw toegewezen AF-toets drukt.
NLD-10