9.1.2
Bedieningsfuncties
De volgende functie zijn voor de gebruiker beschikbaar:
Display
Functie
21,0 °C
Wijziging gewenste
waarde
ECO-modus
UIT
1
Fan-coil
4
Omschakeling
verwarmen/koelen
Alarmfuncties
De alarmfuncties worden in het midden van het display met het bijbehorende symbool grijs weergegeven. De
plaatselijke bediening is geblokkeerd. De blokkering wordt visueel aangegeven met het blokkeringsteken
linksboven in het venster. Deactivering uitsluitend door het opheffen van het alarm.
Vorst-/hittebeveiliging
Condenswater
Dauwpunt
Comfortmodus
Stand-bymodus
ECO-modus
Om de ingestelde temperatuur te wijzigen, moet deze met het draaibedieningselement
worden gekozen en door indrukken worden bevestigd.
Door het draaibedieningselement te draaien kan de gewenste waarde worden
gewijzigd.
De wijziging wordt door bediening van het draaibedieningselement toegepast.
De actieve modus (verwarmen of koelen) wordt met de bijbehorende kleur blauw of
oranje weergegeven.
Als de wijziging binnen de geparametreerde hysteresis verwarmen/koelen blijft, is de
verlichting wit. Als de drempelwaarde over- of onderschreden wordt, wordt dit met de
kleur oranje (verwarmen) of blauw (koelen) op het display met de gewenste waarde
weergegeven.
Als de ECO-modus is gekozen, kan deze door op het draaibedieningselement te
drukken worden geactiveerd. Daarbij wisselt de weergave naar het ECO-symbool.
– De overige functies van de KT zijn geblokkeerd.
– Deactiveren door het draaibedieningselement weer in te drukken of te draaien. Het
beeldscherm wisselt weer naar de volledige weergave.
Door het indrukken van het draaibedieningselement de functie kiezen en bevestigen.
Daarbij wisselt de weergave naar het UIT-symbool.
Door het indrukken van het draaibedieningselement de fan-coilfunctie kiezen en
bevestigen.
– Door het draaibedieningselement te draaien wordt de ventilatorstand handmatig
aangepast. De wijziging wordt door indrukken van het draaibedieningselement
toegepast.
Omschakeling verwarmen/koelen kiezen. Door het draaibedieningselement te toggelen
wordt naar keuze tussen de functie verwarmen en koelen geschakeld. De functie wordt
aangegeven met het bijbehorende symbool.
KNX Technisch Handboek | 2273-1-8686 | 21