Storing
De kinderbeveiliging kan
niet worden ingesteld.
Wasmiddelresten in de
wasmiddellade.
wasmiddellade.
Er stroomt geen water in
het apparaat of het
het apparaat of het
wasmiddel wordt niet
ingespoeld.
Op het display verschijnt
Op het display verschijnt
Kraan dicht?".
Op het display verschijnt
Kraan dicht?" terwijl er
toch veel water is
binnengestroomd.
Het water in de trommel
is niet te zien.
Het sop wordt niet
volledig afgepompt. Op
volledig afgepompt. Op
het display verschijnt
Pomp verstopt?".
Er loopt water onder de
wasmachine uit.
wasmachine uit.
58
Eventuele oorzaak
Het programma is al gestart.
Vochtig of klonterig wasmiddel.
De kraan is niet open.
De toevoerslang is geknikt of zit
klem.
De zeef in de wateraansluiting is
verstopt.
De waterdruk is te laag.
De veiligheidsfunctie heeft
een defect aan het apparaat
herkend.
Niets aan de hand.
Het water bevindt zich onderin en is daardoor niet te zien.
Vreemde voorwerpen blokkeren de
afvoerpomp.
Afvoerpijp en/of afvoerslang
verstopt.
De schroefkoppeling van de
toevoerslang lekt.
De afvoerslang lekt.
Advies
In de modus pauze kan de
kinderbeveiliging worden ingesteld.
Wasmiddellade schoonmaken en
afdrogen, zie blz. 51.
Bij vloeibaar wasmiddel het
doseerbolletje, maatbeker etc.
gebruiken.
Kraan opendraaien.
Het programma wordt voortgezet.
Oorzaak wegnemen.
Zeef schoonmaken, zie blz. 54.
Oorzaak wegnemen.
Vuldeur niet openen omdat er water
uit kan lopen! Een aantal keren het
programma Afpompen" kiezen.
Nadat het water volledig is
weggelopen kan het wasgoed uit
de machine gehaald worden.
Servicedienst inschakelen.
Afvoerpomp schoonmaken, zie
blz. 52.
Afvoerpijp en/of afvoerslang
schoonmaken.
Schroefkoppeling vastdraaien.
Afvoerslang vervangen.