e_kb450.book Page 93 Thursday, July 5, 2007 4:36 PM
De opnamescherpte instellen (Scherpte)
U kunt een opname scherpe of zachte contouren geven.
1
Druk in de stand A op de knop 3.
Het menu [A Opnemen] verschijnt.
2
Selecteer [Scherpte] met de vierwegbesturing (23).
3
Verander het scherpteniveau met
de vierwegbesturing (45).
De volgende instelling wordt opgeslagen.
F (zacht)
G (normaal) (standaardinstelling)
H (hard)
4
Druk op de knop 3.
De instelling voor Scherpte wordt opgeslagen
en de camera keert terug naar de opnamestand.
Als u de functie [Scherpte] vaak gebruikt, kunt u tijd besparen door de functie
toe te wijzen aan de knop Snelinstelling. (p.55)
MENU
2, 3
1, 4
Opnemen
1/3
8
Opnamepixels
M
Kwaliteitsniveau
AWB
Witbalans
AF-veld
ISO
Gevoeligheid
AUTO
MENU
Exit
Einde
Exit
R A d c Y
3/3
Opnemen
Scherpte
S
Kleurverzadiging
Contrast
Datumafdruk
Exit
Exit
Einde
MENU
4
93