zijn bij het snijden van of het snijden van alle metalen die één of meer van de volgende toevoegingen
bevatten:
Lees altijd de veiligheidsinformatiebladen (VIB), die met het materiaal dat u gebruikt moet worden geleverd. Deze
VIB's vindt u de informatie over de aard en de hoeveelheid van dampen en gassen die gevaarlijk zijn voor uw
gezondheid.
•
Gebruik speciale apparatuur, zoals water of downdraft afzuiging snij werktafels, om dampen en gassen af te
voeren.
•
Gebruik de plasmatoorts niet in een gebied waar brandbare of explosieve gassen of materialen zich
bevinden.
•
Fosgeen, een giftig gas, wordt gegenereerd uit de dampen van gechloreerde oplosmiddelen en
reinigingsmiddelen. Verwijder gechloreerde oplosmiddelen en reinigingsmiddelen om ontstaan van fosgeen
gassen te voorkomen.
Schokpreventie
Lees voor het aansluiten van de netspanning eerst de volgende instructies:
•
Zorg ervoor dat de machine juist is afgezekerd. Zekeringwaarden staan vermeldt in de technische gegevens.
•
De elektrode lasmachine mag alleen aan een voorschriftmatig geaard wandcontactdoos aangesloten worden.
•
Aan het aanvoersnoer is standaard een 230V stekker gemonteerd. De minimale draaddiameter van de
netkabel staat per type vermeldt in de technische gegevens.
•
Wanneer er gewerkt wordt in een kleine/nauwe geleidende en vochtige ruimten, moet de machine buiten de
ruimte worden gehouden.
•
Gebruik geen beschadigde las- en/of netkabel.
•
Wikkel nooit laskabels om het lichaam.
Elektrische schokken kunnen verwonden of doden. Het plasma proces gebruikt en produceert een hoge elektrische
spanning/energie. Deze elektrische spanning/energie kan een ernstige of dodelijke schok voor de gebruiker of
anderen op de werkplek veroorzaken.
•
Raak nooit onderdelen aan die onder spanning staan.
•
Draag droge handschoenen en kleding. Isoleer jezelf van het werkstuk of andere delen van het snij circuit.
•
Repareer of vervang alle versleten of beschadigde onderdelen.
•
Extra zorg moet worden genomen bij een werkplek die klam of vochtig is.
Beschermingvoorschriften
•
De gebruiker behoort een niet-brandbare lashelm/laskap te dragen/gebruiken die bescherming biedt aan de
nek, het gezicht en de zijkanten van het hoofd. De lashelm/kap behoort te zijn uitgevoerd met lasglas wat
geschikt is voor het toegepaste lasproces en de gebruikte lasstroom. Wanneer er gewerkt wordt met gecoate
platen waar bij verhitting giftige gassen vrijkomen, dient er gebruik gemaakt te worden van een geschikte
adembescherming.
•
De gebruiker behoort niet-brandbare, goed passende beschermingskleding te dragen, zonder zakken en
omgeslagen delen. Olie en vet dient zorgvuldig te worden verwijderd van alle kleding voor het dragen. Tevens
dient de gebruiker gesloten werkschoenen te dragen die voorzien zijn van een stalen neus en een rubberen
zool.
•
Lasprocessen dienen te worden uitgevoerd op metaal wat grondig is vrijgemaakt van lagen roest of verf, dit
ter voorkoming van het ontstaan van schadelijke gassen. De delen die zijn ontvet met behulp van een
oplosmiddel behoren droog te zijn voor het lassen.
Brandpreventie
•
De werkplek moet voldoen aan de veiligheidseisen. Dit houdt in dat er een brandblusser in de nabije
omgeving aanwezig moet zijn en dat de muren, het plafond en de vloer brandwerend moeten zijn.
Antimoon
Chroom
Beryllium
Kobalt
Barium
Koper
Cadmium
Mangaan
Kwik
Arseen
Nikkel
Lood
Selenium
Silver
Vanadium
2