Gebruik van batterijen
1. Verwijder het deksel van het batterijcompartiment op de achterkant
van het apparaat door het deksel omlaag te schuiven. Open de
deur van het batterijcompartiment
Opmerking:
Zorg er bij het gebruik van niet-oplaadbare batterijen voor dat u vóór
u batterijen plaatst de NiMH/NiCad/Alkaline-schakelaar aan de bin-
nenkant van het batterijcompartiment in de stand OFF (uit) zet. Als
u gebruik maakt van oplaadbare batterijen, zet dan de NiMH/NiCad/
Alkaline-schakelaar in de stand ON (aan).
2. Plaats twee LR6 (maat AA) batterijen in het compartiment. Zorg
ervoor dat de batterijen worden geplaatst met de correcte polariteit,
zoals getoond op de achterkant van uw radio. Sluit de deur van het
batterijcompartiment.
3.
Als de capaciteit van de batterijen onder een bepaald niveau zakt,
dan zal de batterij-bijna-leeg-indicator oplichten. Als u deze in-
dicator ziet, dan moet u de batterijen op een gelegen moment
vervangen. Afname van vermogen, vervorming en een "stotterend
geluid" zijn ook signalen dat de batterijen mogelijk moeten worden
vervangen.
103