OPMERKING
Als u deze unit installeert als toepassing als één zone:
Opstelling.
Installeer
wateringang en -uitgang voor ruimteverwarming van de
secundaire zone (=directe zone). Onderbreek het debiet
NIET door de afsluiters te sluiten.
a By-pass
Configuratie. Voer lokale instelling [7-02]=0 (Aantal
zones=1 zone) uit.
OPMERKING
Monteer de ontluchtingsventielen op alle hoge punten.
OPMERKING
Een drukveiligheidsklep (ter plaatse te voorzien) met een
openingsdruk van maximum 10 bar (=1 MPa) moet worden
geïnstalleerd op de aansluiting van de koudtapwaterinlaat
conform de geldende wetgeving.
5.4.2
De hercirculatieleiding aansluiten
Vereiste: Alleen nodig als u hercirculatie in uw systeem moet
hebben.
1 Verwijder het bovenpaneel van de unit, zie
openen" [ 4 14].
2 Snij de rubberen ringsluiting bovenaan de unit uit en verwijder
de stop. De hercirculatieverbinding wordt onder het gat
geplaatst.
3 Leid de hercirculatieleidingen door de ringsluiting en sluit ze
aan op de hercirculatieaansluiting.
4 Plaats het bovenpaneel terug.
5.4.3
Het watercircuit vullen
Gebruik een ter plaatse te voorziene vulkit om het watercircuit te
vullen. Controleer of u voldoet aan de geldende wetgeving.
OPMERKING
Pomp. Om blokkering van de rotor van de pomp te
voorkomen, moet u de unit zo snel mogelijk na het vullen
van het watercircuit in bedrijf stellen.
INFORMATIE
Zorg ervoor dat beide ontluchtingsventielen (één op het
magnetische filter en één op de back-upverwarming) open
staan.
EBVZ16S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P643601-1B – 2021.10
een
omloopklep
tussen
de
a
"4.2.1 De binnenunit
6 Elektrische installatie
5.4.4
De tank voor warm tapwater vullen
1 Open om beurt elke warmwaterkraan om de leidingen van het
systeem te ontluchten.
2 Open de toevoerkraan van het koud water.
3 Sluit alle waterkranen nadat alle lucht uit de leidingen is
verwijderd.
4 Controleer op waterlekkages.
5 Bedien
handmatig
overdrukveiligheidsklep om zeker te zijn dat het water
ongehinderd doorheen de afvoerleiding kan vloeien.
5.4.5
De waterleidingen isoleren
De leidingen van het volledige watercircuit MOETEN worden
geïsoleerd om geen condensatie te hebben tijdens het koelen en om
ervoor te zorgen dat de verwarmings- en koelcapaciteit niet
vermindert.
Als de temperatuur hoger is dan 30°C en de vochtigheid meer
dan 80% bedraagt, moet het isolatiemateriaal minstens 20 mm dik
zijn om condensatie aan de oppervlakte van de isolatie te
voorkomen.
6
Elektrische installatie
GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Gebruik
ALTIJD
een
stroomtoevoerkabel.
WAARSCHUWING
Zorg dat de elektrische bedrading de koelmiddelgasleiding,
die erg heet kan zijn, NIET raakt.
a
a Koelmiddelgasleiding
6.1
Over het voldoen aan de normen
inzake elektriciteit
Alleen voor de back-upverwarming van de binnenunit
Zie
"6.3.2 De voeding van de back-upverwarming
6.2
Richtlijnen voor het aansluiten van
de elektrische bedrading
Aanhaalmomenten
Binnenunit:
Onderdeel
X1M
X2M
X5M
X6M
de
ter
plaatse
geplaatste
meeraderige
kabel
aansluiten" [ 4 22].
Aanhaalkoppel (N•m)
2,45 ±10%
0,88 ±10%
0,88 ±10%
2,45 ±10%
Installatiehandleiding
als
19