APPARAATBEHEERDER
De BT functie op het apparaat moet geactiveerd zijn om het verbindingsproces op te wekken. Let op
de instructies van de fabrikant van smartphones met betrekking tot het koppelen van apparaten.
Functie
Pictogram
Bediening
Tik aan om mobiele apparaten te koppelen, te ontkoppelen
Apparaatbeheerder
of te beheren
Functie
Pictogram
Bediening
Tik aan om een gekoppeld Bluetooth-apparaat opnieuw te
Koppelen
verbinden
Tik aan om de verbinding met een gekoppeld Bluetooth-
Ontkoppelen
apparaat te verbreken
Tik aan om een Bluetooth-apparaat van de lijst te wissen
Wissen
(hiervoor moet het apparaat niet aangesloten zijn)
Pictogram
Betekenis
Dit pictogram geeft aan dat het gekoppelde Bluetooth-apparaat HSP/HFP
ondersteunt en met het handsfree-systeem kan worden gebruikt.
40
KOPPELEN
Om een smartphone via Bluetooth op het Zenec-apparaat aan te sluiten, is de eerste stap om het
koppelingsproces succesvol af te ronden.
Via ZENEC-systeem
Functie
Pictogram
Bediening
Tik op het SCAN pictogram om het zoeken naar BT apparaten te
SCANNEN
starten. Selecteer in de lijst het gewenste mobiele apparaat dat u
(Zoeken)
met het ZENEC-systeem wilt synchroniseren. Zodra het apparaat
is geselecteerd, volgt u de instructies.
Standaardcode*: 0000
Code
(KOPPELINGSCode kan in de Bluetooth-instellingen - set pin
gewijzigd worden, zie pagina 42)
OPMERKING
* Voor mobiele apparaten die geen ondersteuning bieden voor de SSP-standaard
Via het mobiele apparaat
Functie
Pictogram
Bediening
Zorg ervoor dat het ZENEC-systeem in apparaatbeheerweergave
staat omdat het ZENEC-systeem anders niet zichtbaar is voor
Zoeken
anderen. Volg de instructies van de fabrikant van het apparaat
voor het koppelen.
Automatisch verbinden
Zodra een mobiel apparaat is verbonden met het ZENEC-systeem, wordt het automatisch gekoppeld
wanneer het ZENEC-systeem wordt gestart. Als de verbinding kortstondig is verbroken, probeert het
ZENEC-systeem een nieuwe verbinding tot stand te brengen.
OPMERKING
Wanneer voor de eerste keer wordt gekoppeld, moet u de bevestiging van de verbinding op uw
mobiele apparaat permanent inschakelen omdat er anders storingen kunnen optreden tijdens de
procedure voor automatisch verbinden.
41