Schone behuizing:
•
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen,
maar alleen een droge en zachte doek.
Reinig de luchtinlaat en -uitlaat:
•
Gebruik een stofzuiger of een
droge doek.
(Het is het beste om het apparaat buitenshuis te reinigen).
Filterelementen reinigen (om de andere maand):
•
Het ventilatie-effect wordt merkbaar zwakker,
•
als er veel stof zich verzamelt op het filteroppervlak.
Reinig de filters daarom regelmatig.
Het nylon voorfilternet kan worden gestofzuigd of onder koude worden ge-
•
plaatst,
worden afgespoeld met helder water. Droog de
Filter voordat u het weer in het apparaat plaatst.
Het HEPA-element kan zorgvuldig worden gereinigd met een stofzuiger.
•
kan worden afgezogen. De combifilter mag niet met water worden gemengd.
gereinigd.
Hoe u het filter kunt verwijderen, vindt u onder "Filterwissel".
•
Meer informatie over de afzonderlijke filterelementen
•
vindt u in het hoofdstuk "Meer informatie" aan het einde van deze handlei-
ding.
Schone luchtkwaliteitssensor (om de twee maanden):
•
De luchtkwaliteitssensor van de luchtreiniger moet minstens om de 2 maan-
•
den worden gereinigd om een nauwkeurige meting te garanderen.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld en losgekoppeld.
•
Verwijder eerst het deksel van de luchtkwaliteitssensor en reinig deze met
•
een zachte borstel of doek.
Reinig nu zorgvuldig de lens van de luchtkwaliteitssensor met een watten-
•
staafje.
Gebruik bij slechte lichtomstandigheden een zaklamp of iets dergelijks om de
•
lens goed te kunnen zien.
Maak gewoon de lens schoon. Steek het wattenstaafje niet in een andere o-
•
pening in de sensoreenheid.
Plaats ten slotte het deksel van de luchtkwaliteitssensor terug.
•
Storingen en rechtsmiddelen
wattenstaafjes