Thermostaat
Optie: externe temperatuursensor in een lege buis installeren en de sensorkop op de
meetplaats uitvoeren.
Montageplaats voor de temperatuursensor zodanig kiezen, dat deze de temperatuur
kan meten zonder externe beïnvloeding door storingsbronnen.
Externe temperatuursensor op de klemmen 5 en 6 (zie afbeelding 5) van de
■
klemmenstrook (10) (zie afbeelding 3) aansluiten.
Verlenging van de sensorkabel tot maximaal 50 m met getwiste tweedraads-
kabel, b.v. J-Y(St)Y-2x2x0,8. Bij gebruik van de KNX-buskabel: tweede ader-
paar, geel-wit, gebruiken.
■
Klemeenheid (4) (zie afbeelding 2) in inbouwapparatuurdoos plaatsen. Op op-
schrift OBEN / TOP letten. De busaansluiting (11) moet rechtsonder liggen
(zie afbeelding 3).
■
Afdekraam (5) op de klemeenheid (4) plaatsen.
■
Elektronica-element (6) in de juiste positie op de klemmeneenheid (4) plaat-
sen.
■
Instelwiel (2) afnemen.
■
Elektronica-element met borgschroef (7) bevestigen.
■
Instelwiel (2) weer plaatsen.
5.2
Inbedrijfname
Adres en toepassingssoftware laden
■
Instelwiel (2) aftrekken (zie afbeelding 2).
■
Programmeerknop (9) indrukken.
Programmeer-LED (8) brandt.
■
Fysiek adres toekennen.
Programmeer-LED (8) gaat uit.
■
Het fysisch adres op de klemmeneenheid en op de achterzijde van de elektro-
nica-eenheid noteren.
Bij samenbouw na schilder- of behangwerkzaamheden letten op het juist toe-
kennen van de eenheden aan de elementen.
32561932
10871292
Afbeelding 5: Aansluiting binaire uitgangen
22.01.2024
8 / 10