Om te controleren of DiskStation de nieuwe geheugencapaciteit herkent:
1 Installeer DiskStation Manager (DSM). (Zie het volgende hoofstuk voor meer informatie.)
2 Meld u bij DSM aan als admin of als een gebruiker van de groep administrators.
3 Controleer het
Totaal fysiek geheugen
Als het DiskStation het geheugen niet herkent of niet correct opstart, controleert u of het geheugen correct is
geïnstalleerd.
Om een RAM-module te verwijderen:
1 Volg stappen 1 en 2 in het gedeelte "De RAM-module installeren:" om uw DiskStation uit te schakelen, kabels
los te koppelen en vervolgens het onderpaneel te verwijderen.
2 Duw de hendels aan beide kanten van de geheugenmodule uitwaarts. De module komt los uit de sleuf.
3 Houd de geheugenmodule vast bij de inkepingen en verwijder ze uit de sleuf.
4 Plaats opnieuw het onderpaneel. Plaats opnieuw de schroeven die u in stap 1 hebt verwijderd en schroef ze
vast.
5 Sluit de kabels aan die u bij stap 1 hebt verwijderd. Nu kunt u uw DiskStation inschakelen.
M2D17-adapterkaart aansluiten op DiskStation
De M2D17-adapterkaart wordt ondersteund door uw DiskStation. Volg de onderstaande instructies om de lange
montageadapter te vervangen door de M2D17-adapterkaart.
De M2D17-adapterkaart installeren:
1 Schakel uw DiskStation uit en maak alle aangesloten kabels los om mogelijke schade van uw DiskStation
voorkomen.
2 Open het bovendeksel van DiskStation door de zes bevestigingsschroeven van de hoofdeenheid los te
draaien.
11 Hoofdstuk 2: Hardware-installatie
in
Configuratiescherm
>
Info
Center.